IJsland

Woensdag 6 juli 2005

 Rotterdam - Schiphol - Keflavik - Reykjavik

We nemen de trein van 10:42 vanaf Rotterdam Centraal naar Schiphol. Op Schiphol staat er een lange rij voor het inchecken voor vlucht FI503 van Icelandair. Het duurt zeker 50 minuten voor we onze koffers kwijt zijn en door de veiligheidscontrole heen zijn. We eten een broodje (samen 20 euro!) en kopen wat tax free (het kan, want we gaan de EU uit). Onze vlucht FI503 van Icelandair Blue Lagoonvertrekt op tijd. We zitten in het toestel erg krap: de beenruimte is tot onder het minimum beperkt. Na 2 uur en 40 minuten zijn we op Keflavik International Airport aangekomen. Als we uit het toestel de bagagehal in lopen komt onze koffer al van de band rollen. We lopen door. Onze bagage wordt nog doorgelicht, waarna we bij Hertz onze auto afhalen. Het is een Toyota Corolla geworden. We rijden van het vliegveld naar de Blue Lagoon. Dit is een kunstmatig aangelegd bronnenbad, dat gebruik maakt van een heetwaterbron met een siliciumsediment erin. Alvorens we het water ingaan moet er gedouched worden. In je blootje ga je onder de douche. Douchegel krijg je bij je entreekaartje. Op een bord staat, middels van een figuur aangegeven, welke lichaamsdelen in ieder geval met zeep behandeld moeten worden: hoofd, oksels, voeten en schaamstreek. Het water in het bad is rond de 30 graden en voelt prettig aan. In het midden spuit de warmwaterbron omhoog. Er is een stoombad en een sauna. Gezondheids- en schoonheidsbehandelingen kunnen ook worden gegeven. Het weer valt erg mee: de zon schijnt en het is zo'n 15 graden. Na anderhalf uur vertrekken we weer en rijden naar Reykjavik dat zo'n 50km van het vliegveld ligt. Ons appartement "Room with a view" ligt midden in het centrum aan de Laugavegur.  's Avonds eten we in restaurant Apotek in het centrum. Het eten is prima, maar de prijzen zijn wel een shock: twee hoofdgerechten, en nagerechten, glaasje wijn bij elkaar 130 euro. We verkennen nog even de beperkte gayscene: we drinken een biertje bij Café Cozy, een gezellig klein homocafeetje.

Om 11 uur gaan we terug naar het appartement en naar bed.

 

Donderdag 7 juli 2005

 Reykjavik - Stykkishólmur: 247 km

We ontbijten twee deuren verderop bij Oliver's een trendy bar-restaurant-grill. Daarna gaan we op weg naar Stykkisholmur. Het Kust Stykkisholmurregent af en toe. We rijden de stad uit en volgen de westkust. We gaan de lange toltunnel door onder de Hvalfjörður (Walvisfjord), de grootste fjord is Zuidwest IJsland. Deze 6 km lange tunnel uit 1998 bespaart ons een  omweg van 50 km om deze zeearm heen. Via Borganes rijden we vervolgens naar Stykkishólmur waar we om 11:15 uur aankomen. De beheerder van de jeugdherberg is er niet, maar via de telefoon melden we haar onze komst. We kunnen de koffers in de hal laten staan. We wandelen wat rond, drinken wat en lunchen bij het benzinestation. Daarna doen we wat boodschappen en kopen kaartjes voor een boottocht voor morgen. 's Middags maken we een autotourtje langs de prachtige kust van het Schiereiland Snæfellsnes naar Grundafjorður, waar we koffie drinken. De cafébaas wil er geen geld voor. We wandelen langs de visafslag bij de haven en rijden weer terug naar Stykkis. Hier beklimmen we de berg op het schiereiland Súgandisey voor de kust, waar op een vuurtoren staat. We hebben hier een prachtig uitzicht over de kust, de haven en het dorp.  Terug beneden doen we boodschappen voor het ontbijt en drinken we een biertje op het terras.

's avonds eten we bij Narfeyrarstofa. We houden ons in en houden het bij een hamburger en een voorafje. Daarna gaan we weer naar de Jeugdhergerg.

Weer: regenbuien, wisselend bewolkt. 13 graden.

 

Vrijdag 8 juli  2005

We worden om 6 uur wreed gewekt door het brandalarm. Ik bel terstond met de beheerder, die me slaperig meldt dat het Flateywaarschijnlijk wel een vals alarm zal zijn en dat ze er zo aan komt. Even later gaat het alarm inderdaad uit en kunnen we weer even slapen. We staan toch weer bijtijds op. We smeren een bammetje, ontbijten en gaan dan naar de haven om in te schepen voor de overtocht naar het eilandje Flatey dat 1 uur en 40 minuten varen hiervandaan ligt. Om 9 uur varen we uit met de boot van Seatours. De zee is wat ruig en velen worden zeeziek. Ook ik voel me niet helemaal top. Erik heeft nergens last van. Om 10.40 zijn we bij Flatey en kunnen we van boord. De boot, die ook auto's vervoert gaat verder naar de overkant van de Breidafjorður. Een handjevol stapt hier af. We lopen naar het dorpje (10 minuten). Hier lijkt de tijd te hebben stilgestaan. Het dorp bestaat uit een 15-tal huizen die in vrolijke kleuren zijn geschilderd. Voorbij het dorpje komen we bij de vogelkolonie, het paradijs voor de vogelaars. We zien een hele club papegaaiduikers ofwel puffins zitten. Ook talrijk zijn de poolsternen, die duikvluchten uitvoeren op onze hoofden, zonder ons te raken. Het reservaat zelf is tot 15 juli niet toegankelijk. We lopen terug en gaan het enige restaurant binnen. Dat moet uit zijn winterslaap worden gewekt. De keus bestaat uit drie gerechten. Na het eten lopen we naar de kerk, die van binnen versierd is met prachtige wandschilderingen van de Catalaanse schilder Baltasar, die ze in de zestiger jaren maakte in ruil voor gratis accommodatie op het eiland.  Achter het altaar zien we Christus in een IJslandse koltrui afgebeeld! Het gebouwtje achter de kerk is de oudste en kleinste openbare bibliotheek in IJsland en stamt uit 1862. Aan de zuidkust van het eiland liggen ook een paar scheepswrakken, die hier zijn aangespoeld.

Om half twee komt de veerboot weer terug om ons weer naar Stykkishólmur te brengen. De zee is weer ruw en de evenwichtsorganen krijgen het weer hevig te verduren.

In Stykkisholmur rusten we uit en 's avonds eten we bij Fimm Fiskar (vijf vissen) een pizza. Vanuit het restaurant naar buitenkijkend valt het ons op dat de plaatselijke jongeren voor hun vertier eindeloos met de auto rondjes rijden door het dorp. Later op de avond strijkt een Franse groep in de Jeugdherberg neer en is het gedaan met de rust.  We maken een wandeling naar de futuristische kerk op een heuvel, die in de jaren 1975-90 is gebouwd.

Weer: buien, wisselend bewolkt. Max 14 graden.

 

Zaterdag 9 juli  2005

Stykkishólmur - Sauðárkrókur: 283km

We staan vroeg op ontbijten op de kamer, omdat de Fransen - die vannacht wel stil waren - de ontbijtzaal hebben veroverd. Daarna gaan we op weg naar Sauðárkrókur. We nemen de onverharde weg no. 57 langs de kust van het schiereiland in oostelijke richting. Er zitten Landschap bij Glambaerhier en daar wat kuilen in, maar de weg is goed begaanbaar en we kunnen toch aardig doorrijden. Het kustlandschap is adembenemend. Hier en daar lopen schapen en paarden op de weg, waar we langs moeten laveren. We drinken koffie in een tent van niks in een dorp van niks dat Búðardalur heet. Na een paar uur komen we weer op de ringweg nr. 1. We kunnen nu weer lekker opschieten en rijden weer door prachtige dalen en kuststreken. Voor de kust liggen talloze kleine eilandjes en door de dalen stromen ondiepe, maar snelstromende riviertjes, die we een aantal malen oversteken via eenbaansbruggetjes. Kort voor Sauðárkrókur komen we langs Glaumbær. Hier staat een rijtje  piepkleine, met plaggen bedekte huisjes en een boerenhoeve. Ze vormen een openluchtmuseum en doen herinneren aan de tijd dat er grote armoede heerste in IJsland in de 18e en 19e eeuw. Ernaast staat een kerkje. Op het kerkhof staat een beeld ter nagedachtenis aan Gúðríður Þorbjarnardottir en haar zoon Snorri Þorfinnsson. Snorri was de eerste in Amerika geboren kind van Europese ouders (in 1003). Snorri kwam terug naar IJsland en sleet zijn dagen hier op een boerderij in Glaumbær.

We rijden door naar Sauðárkrókur waar we onze intrek nemen in het Foss Aning hotel. Het is een zomerhotel dat gevestigd is in een kostschool. Zeer eenvoudige kamer met d/wc voor 11.000kr (€140). We eten een broodje bij de warme bakker. 'Grettislaugs Middags rijden we via een onverharde weg vol kuilen (nr 748) naar Grettislaug. Dit is een warm bronnenbadje zo'n 20 km ten noorden van het dorp aan de kust van de Skagafjorður. Volgens de sage van Grettir, zat de boef Grettir verscholen op het eilandje Drangey dat midden in de fjord ligt. Toen zijn vuurtje uitging zag hijop het vasteland twee gloeiende kooltjes  en zwom hij door het ijskoude water (9 graden) 7,5km er naartoe om ze op te halen. Toen hij aankwam lag hij uitgeput en piemelnaakt op het strand bij te komen, toen twee vrouwen hem zagen liggen en een opmerking maakten over zijn gekrompen geslacht. Hij riposteerde: "het kreng klaagt dat mijn piemel klein is en die pochende slet kan gelijk hebben, maar een kleine kan groeien en ik ben nog een jonge man, dus wacht maar tot ik in actie kom wijffie."  Daarna sprong hij in de warme poel. Dat doen wij ook . We kleden ons uit in de strakke wind en stappen in het badje dat lekker warm is. We hebben uitzicht op de hoge bergen en krijgen een flinke regenbui over ons heen. Dat deert ons niet, want we zijn toch al nat. Het water wordt ons na een twintigtal minuten zelfs te warm. We drogen ons af kleden ons weer aan en rijden weer terug naar het dorp.

Vanuit het hotel stuur ik een e-mail naar het thuisfront en lees op internet over de verschrikkelijke aanslagen in Londen, waarvan we in de IJslandse krant al wat van hadden opgepikt. Wat een waanzin!

's Avonds eten we bij Olafshus restaurant in het opvallend blauw geschilderde huis aan de Adalsgata in het centrum.

Weer: buien, perioden met zon. Max. 15 graden.

 

Zondag 10 juli 2005

 Sauðárkrókur - Húsavík: 205km

Na het ontbijt (druk bezocht omdat er een grote Italiaanse groep ouderen is) gaan we op weg naar Husavik. We rijden via de ringweg Haven Husaviknr 1 naar Akureyri. Dit is de grote stad van het noorden en met zo'n 20 duizend inwoners ook de tweede stad van IJsland. Hier drinken we koffie met gebak bij Bláa Kannan in het centrum. Na de lekkere koffie wandelen we omhoog naar de Akureyrarkirkja, de grote kerk van de stad. Een modern gebouw, van dezelfde hand als de architect van de Hallgrimskerk in Reykjavik, Guðjón Samúelsson. In de kerk hangen mooie glas-in-rood ramen met bijbelse taferelen in het bovenste deel en IJslandse historische voorstellingen in het onderste. De ramen rond de absis zijn afkomstig uit de kathedraal van Coventry. Deze ramen zijn met grote voorzienigheid daar vlak voor de oorlog verwijderd. De kerk in Coventry is tijdens een bombardement in de as gelegd. In de haven van Akureyri in de Eyjafjörður ligt een groot cruiseschip dat een rondreis rond IJsland maakt. We kopen nDwergvinvisog wat souveniertjes en gaan verder naar Húsavík. De zon schijnt en de temperatuur loopt op tot wel 21 graden!!! Vlak voor we de ringweg afgaan bekijken we nog even de Guðafoss (waterval van de goden). Mooie brede waterval met niet zo'n groot verval. Húsavík is dan niet ver meer. In Húsavík nemen we onze intrek in Guesthouse Arbol. We lunchen bij de haven en om vijf uur gaan we met Northern Sailing een walviskijktocht maken. De tocht wordt gemaakt in een omgebouwde vissersboot. We varen drie uur lang rondjes in de baai en zien behalve dolfijnen ook Dwergvinvissen naar de oppervlakte komen. Niet zo spectaculair als de potvissen die we in Nieuw Zeeland hebben gezien. Maar net als we weer terug gaan naar de haven geven de walvissen nog een show door uit het water te springen.

's avonds eten we bij Sarka restaurant. Niet onaardig. Erik neemt zalm, ik pizza.

Weer: zonnig. Max 21 graden

Andere Reisverslagen
terug
verder

Andere reisverslagen