| 
      
	     | 
      DEEL 3 | 
Na het ontbijt gaan we
 op weg naar Kabelvåg. We maken 
	een tussenstop in Stamsund, maar het kleine dorpje kan de 
	aanprijzingen in de Rough Guide niet echt waar maken. We rijden daarom 
	verder langs een heel mooie kustlijn aan de zuidzijde van het eiland 
	Vestvågøya. We rijden tot aan de brug en steken die over naar Austvågøya. 
	Dan is het niet ver meer naar Kabelvåg. Ik dacht dat we gereserveerd hadden 
	voor de Tyskhella Rorbu, maar de receptie is daar onbemand. Met wat moeite 
	krijg ik de receptie aan de telefoon, maar die blijkt in het centrum van het 
	dorp te liggen: "Het gele huis moet u hebben", is de wat summiere uitleg. 
	Gelukkig vinden we het wel. Onze Rorbu is nog niet schoon en we moeten een 
	uur wachten. Dat doen we met een colaatje bij de café/restaurant 
	Præstenbrygga op het centrale plein, dat nogal ruim bemeten is voor zo’n 
	klein dorp. Na een uur is het huisje schoon en kunnen we erheen rijden. We 
	blijken een kamer in de Statsbu te hebben. Dat zijn vissershuisjes, die in 
	1932 zijn gebouwd door de Noorse overheid ten behoeve van de vissers. 
	Hi
erdoor werden de vissers beter gehuisvest en waren ze niet langer 
	afhankelijk van de eigenaren van de Rorbu, een flink deel van de visvangst 
	pleegden op te eisen als vergoeding. Het huisje ligt mooi aan het water en 
	is relatief ruim bemeten. Per blok zijn er vier appartementen, twee beneden 
	en twee boven. Het ons benenden appartement geeft toegang tot een terras aan 
	het water. De keuken is primitief te noemen, maar biedt genoeg voor Erik om 
	iets te bereiden.
Erik gaat boodschappen doen voor het avondeten en de lunch morgen. Daarna rusten we nog wat uit en om vijf uur gaan we aan tafel. Na het eten drinken we koffie bij de Præstenbrygga en rijden we vervolgens naar Henningsvær, zo’n 18 km terug. Het plaatsje ligt aan het eind van een schiereiland en dan nog twee bruggen over naar een piepklein eilandje. Het is schilderachtig gelegen tegen de achtergrond van hoge sneeuwtoppen. De avondzon maakt het helemaal af. Prachtig. We lopen het dorpje rond en gaan dan weer met de auto terug naar Kabelvåg. Terug in ons huisje kijken we nog wat Nederlandse tv op de computer (er is geen tv in het huisje) en gaan dan naar bed.
Weer: zonnig, 16 graden.
Na het ontbijt smeren we de boterhammen voor vanmiddag. 
	Daarna gaan we op pad richting Harstad. Harstad ligt op de 
	Vesterålen-eilanden.
 We passeren een flink aantal tunnels en bruggen en 
	komen zo vanzelf op Hinøya één van de Vesterålen eilanden. Hier zijn de 
	bergen wat lager, is het landschap wat agrarischer met meer boerderijen en 
	wat dichter bevolkt. We rijden langs een aantal prachtige fjorden. Dan 
	moeten we met de veerboot oversteken van Flesnes naar Refsnes over de 
	Gullesfjord. De overtocht duurt twintig minuten. Daarna is het nog drie 
	kwartier rijden naar Harstad. Daar hebben we een kamer in het
	Clarion 
	Hotel Atlanticus. Prima hotel aan de kade van de haven. Daarna gaan we 
	op pad naar de Trondenes kerk. Een kerk uit de 14e eeuw, die in 
	de begintijd ook als fort heeft gediend. De kerk is van steen en is 
	vrij hoog van bouw. Helaas is de kerk nog niet open voor bezoek, dat 
	is pas vanaf volgende week het geval. Daarna drinken we koffie op het terras 
	van het historisch museum, dat ook op het Trondenes schiereiland ligt zo’n 
	2,5 km buiten het centrum van Harstad. Vervolgens willen we 
	het Adolfskanon bekijken, het grootste 
	
artillerie stuk uit de tweede 
	wereldoorlog. Het staat op een werkende kazerne van het Noorse leger. Helaas 
	beginnen de rondleidingen pas vanaf 18 juni. Onverrichterzake keren we terug 
	naar Harstad, dat zelf niet erg bezienswaardig is en op een zondag helemaal 
	doodstil. Dan maar weer terug naar het hotel. Ik doe ’s middags nog in de 
	gym wat oefeningen met uitzicht op de haven. ’s Avonds eten we van het 
	gratis buffetdiner van het hotel. Het is geen topkwaliteit, maar wel te eten 
	en bovenal kost het niets. 
’s Avonds drinken we nog een lekkere koffie bij café Metzo in het centrum. Daarna kijken we de laatste wedstrijd van Nederland in het EK. Een smadelijke nederlaag: 2-1 voor Portugal
Weer: 17 graden. Aanvankelijk veel zon, daarna meer bewolkt. In de namiddag regen.
Ze serveren een goed ontbijt buffet in het Clarion 
	Collection Hotel Atlanticus. Er is een dronken gast in het restaurant, maar 
	we hebben er niet veel last van. We rijden een stuk dezelfde route terug als 
	gisteren. Na de veerboot naar Refsnes gaan we echter richting Sortland op 
	Langøya. Dat bereiken we via een hoge en lange brug over de Sortlandssund. 
	We volgen op dit Vesterålen eiland de kustlijn tot Melbu, w. De route naar 
	Melbu is heel erg groen. Veel boerderijen en bossen. En redelijk veel 
	bebouwing voor Noordnoorse begrippen. In Melbu moeten we een uur op de 
	veerboot naar Fiskebøl wachten. We doden de tijd met boodschappen doen in de 
	lokale supermarkt.  De overtocht naar Fiskebøl op de Lofoten duurt 25 
	minuten. Dan is het nog een halfuur naar Svolvær, de 
	grootste stad van de Lofoten. Hier rijden we naar Svinøya, een eilandje 
	waarop Rorbuer te vinden zijn. Wij hebben er één gehuurd. Mooi huisje en 
	prima ingericht met zicht op het water. De deurposten en het plafond zijn 
	wel een beetje laag. We gaan nog even het stadje in. We drinken koffie bij 
	de banketbakker.  Dan lopen we nog wat rond, maar Svolvær heeft niet 
	veel bezienswaardigheden. Er zijn wel veel voorzieningen, zoals scholen, een 
	ziekenhuis en een paar grote winkels. Het plaatsje moet het van de omgeving 
	hebben, maar die hebben we al gezien en we hebben niet veel puf meer om er 
	weer op uit te gaan,  
	bijvoorbeeld naar een bijzondere bergtop, die veel beklommen wordt. 
Na de zelfbereide maaltijd kijken we naar Spanje-Kroatië: 1-0.
Weer: bewolkt, met een beetje zon. Droog 15 graden.
We ontbijten in ons huisje en rijden dan naar de haven 
	om in te schepen voor
 de overtocht naar het vaste land. De boot vertrekt 
	stipt om 8.15 uur. De overtocht verloopt rustig. Eerst doen we na een 
	kwartier het eiland Skrova aan. Hier gaan vooral wandelaars van boord voor 
	een dagexcursie. Dan gaat de reis verder naar Skutvik. Daar komen we om half 
	elf aan. We rijden dan richting de E6 ofwel de Atlantische snelweg. Eerst 
	komen we nog bij het dorpje Hamarøy langs de boerderij Hamsund, het huis waar de nobelprijswinnaar en schrijver 
	Knut Hamsun (1859-1952) is opgegroeid. Hamsun groeide op in deze 
	streek onder bescheiden omstandigheden. Later verwierf hij internationale 
	roem met zijn vernieuwende roman Honger (Sult). In 1917 kreeg hij 
	de Nobelprijs voor literatuur. In zijn latere werk wordt de verbondenheid 
	met de aarde waar men vandaan komt - voor Hamsun dus deze streek -
	
een 
	belangrijk thema. In de tweede wereldoorlog steunde hij de Nazi's, waardoor 
	hij een omstreden figuur werd. Hij had zelfs ontmoetingen met Goebbels en 
	Hitler. Pas in de laatste tijd is er weer meer onbevangen belangstelling 
	voor zijn werk. Vervolgens 
	zien we ineens een eland langs de kant van de weg staan grazen. We nemen er 
	een aantal foto’s van. Het dier trekt zich er niets van aan. Dan is het nog 
	dik 3 uur rijden naar Bodø. De weg, de E6, voert via talloze tunnels langs de kust, 
	meren en fjorden. Het is hier de enige weg, want Noorwegen is hier op 
	sommige plaatsen maar 20 km breed. Zo nu en dan klimt de weg naar hoogten, waar de meertjes 
	nog bevroren zijn. We komen geen
 
	plaatsen van betekenis tegen tot we bij Fauske komen. Onderweg eten we onze bammetjes op en stoppen we 
	voor een koffiestop in Fauske, waar ik 30 jaar geleden ook ben geweest. Dan 
	is het nog een uur via een paar gloednieuwe tunnels naar Bodø. Daar nemen we 
	wederom onze intrek in de 
	Jeugdherberg. 
	We krijgen een bekeuring van Nkr 500 (75 euro) voor fout parkeren (bij een 
	bushalte). De parkeerpolitie is hier wel heel erg oplettend. We eten in de 
	keuken van de jeugdherberg (met een wijntje van het Vinmonopolet) en gaan 
	later op de avond nog koffiedrinken bij de Melkebaren - een koffietentje -  
	in het centrum. Daarna kijken we voetbal op de tv in onze kamer: 
	Engeland-Ukraine, 1-0.
Weer: bewolkt, met soms wat zon. 16 graden.
We staan redelijk vroeg op en gaan ontbijten in de 
	stationsrestauratie van Bodø (inbegrepen bij de JH). Daarna gaan we op weg 
	naar de luchthaven. Dat is ongeveer 5 minuten rijden. We leveren de 
	autosleutels in en krijgen het advies om de bekeuring zelf te betalen op een 
	postkantoor ergens in Noorwegen. We geven de bagage af en drinken koffie in 
	het cafeteria. Daarna
 door de veiligheidscontrole en wachten op het 
	vliegtuig van SAS naar Oslo. 
	We vertrekken op tijd, om 10.20 en komen om half twaalf aan op het vliegveld
	Gardemoen. We moeten even wachten op 
	de koffers en dan kopen we een kaartje uit een automaat voor de
	Flytog (170kr.) naar Oslo 
	Sentralstasjonen. We hadden ook simpelweg de creditkaart door een sleuf 
	kunnen halen en de kaart als vervoerbewijs laten dienen. Het is een 
	hogesnelheidstrein en we doen 20 minuten over de 80 km naar de stad. De 
	trein gaat overigens elke 10 minuten. In Oslo doen we de koffers in een 
	bagagekluis en drinken we weer een koffie. Dan lopen we via een loopbrug 
	naar de  Noorse Opera, het nieuwe 
	muziek- en danstheater aan de Oslofjord. Het is een indrukwekkend helder wit 
	gebouw met veel schuine vlakken en een dak dat te belopen is. De schuine 
	vlakken dienen 
	
als zonneweide of als tribune bij openluchtconcerten, zoals 
	eerder deze week van Justin Bieber. Om 14 uur hebben we een rondleiding door 
	het gebouw door een oud-operazangeres. We worden backstage rondgeleid, langs 
	de kostuum en decor-ateliers en krijgen ook de zaal te zien. De trappen en 
	gallerijen naar de balkons en loges vormen een spiraal van eikenhout, maar de vloer en de vloerbreedte 
	zijn - met opzet - onregelmatig, zodat je een beetje 
	gedesoriënteerd raakt. 
Na de rondleiding kopen we bij de tourist-info bij het station een Oslo pass voor 72 uur. Hiermee kunnen we onbeperkt met het openbaar vervoer reizen en krijgen we korting of gratis toegang tot tientallen musea en attracties. We nemen de tram naar Cochs Pensjonat aan de rand van het Slottspark bij het koninklijk paleis. We zijn erg moe, maar de straat voor het pensjonat wordt opgebroken en bestraat en het is een hels kabaal. Erik vraagt een kamer aan de achterkant van het hotel en die krijgen we gelukkig ook.
Later eten we tegenover het hotel op het terras van de Lorry pub en restaurant. Prima eten en enigszins betaalbaar.
Later wandelen we nog een rondje door het slottspark en maken we foto’s van de paleiswachten bij het koninklijk paleis.
Weer: in Oslo 19 graden en zonnig
We doen eerst 
	
wat boodschapjes bij de
	Kiwi supermarkt en ontbijten dan op de 
	kamer. Vervolgens drinken we koffie bij de koffiebar
	Kaffebrenneriet naast het 
	pensjonat en lopen dan naar het postkantoor om de bekeuring te betalen. Het 
	is een stralende dag en de zon staat hoog aan de hemel. We nemen dan de bus 
	naar het Munch-museum 
	aan de andere kant van de stad. Een rit van 20 minuten. Het museum gaat 
	pas om 10 uur open, en we moeten tien minuten wachten. De collectie is niet 
	heel erg groot en bestaat uit de eigen verzameling van Noorwegen's bekendste 
	schilder Edvard Munch (1863-1944), die hij na 
	zijn
 dood aan de staat naliet. We beginnen meteen bij het topstuk, 
	De Schreeuw (1893). Het is niet de eerste Schreeuw – die hangt in het Nationaal Museum 
	– maar wel een hele mooie. Het schilderij wordt geflankeerd door werken uit 
	dezelfde periode: Angst (1894) en Wanhoop (1893). Verder is er een tentoonstelling rond het 
	schilderij Pubertet, een naakt van een jong meisje en verder schilderijen 
	rond verschillende thema’s. Na 45 minuten zijn we er doorheen. De veiligheid 
	is wel wat opgeschroefd, nadat een aantal jaren geleden De Schreeuw door 
	boeven van het haakje werd gelicht en ze gewoon door de voordeur naar buiten 
	liepen. Gelukkig werd het schilderij teruggevonden. De boeven ook trouwens. 
	We moeten nu door een veiligheidscontrole en een aantal poortjes.
We
 nemen na het museumbezoek de bus naar het 
	Vigelandpark. 
	We zijn hier beiden al eerder geweest, maar het blijft een bijzondere 
	attractie: 
	
al die naaktbeelden in perfecte compositie, alle levensfasen en 
	emoties uitbeeldend. Culminerend in een 20 meter hoge obelisk, die de cyclus 
	van het leven laat zien volgens Vigeland. In elkaar vervlochten mensfiguren, 
	die spelen, vechten, leren, liefhebben eten en slapen. Vigeland begon aan 
	dit beeldenpark in 1924 en was werkte er nog steeds aan toen hij 20 jaar later 
	overleed.  We nemen de metro en tram terug naar het pensjonat. 
’s Middags lopen we wat door het centrum. De terrassen zitten vol en de Noren genieten volop van het mooie weer. We drinken een lekkere cocktail bij Ett Glas, een gay bar in Rosencrantsgaten een zijstraat van de centrale boulevard Karl Johansgate. We gaan terug naar het hotel en dan later op de avond met de tram naar Arakataka, een prima restaurant in een onwaarschijnlijke buurt, waar we heerlijk eten: Erik een lamsschenkel en ik een Heekfilet. Als nagerecht neemt Erik rabbarbermoes en ik een appelgranité.
Terug in het pensjonat en kijken we Tsjechië tegen Portugal. Portugal wint met 1-0 met een doelpunt van Ronaldo.
Weer: zonnig 21 graden.
We ontbijten op de kamer en drinken daarna koffie bij 
	de Kaffebrenneriet naast het hotel. We nemen de tram naar het centrum en 
	
lopen naar de haven bij het stadhuis. Daar wachten we op de
	hop-on-hop-off 
	mini-cruise, die is inbegrepen bij onze 72 uurs Oslo Pass. Het tochtje 
	voert ons eerst van de kade bij het stadhuis naar de opera. Vervolgens varen 
	we om het eiland Hovedøya heen - een eiland met zomerhuisjes - naar het 
	schiereiland Bygdøy, waar de grote musea zijn. Die musea (Noors 
	volksmuseum, 
	vikingschipmuseum, Fram-museum 
	en kontiki-museum) hebben we echter al 
	bij een eerder bezoek aan Oslo bezocht, dus we blijven zitten en varen we 
	weer terug naar het stadhuis. Om 12 uur sluiten we aan bij 
	de guided tour door het stadhuis. Het idee voor een nieuwe stadhuis is na 
	
de 
	noorse onafhankelijkheid in 1905 ontwikkeld. De bouw liep vertraging door de 
	Duitse bezetting tussen 1940 en 1945. In 1950 werd het ontwerp van Poulsen 
	en Arneberg officieel geopend. Het is een modern gebouw met twee grote 
	torens, waarin de kantoren zitten. Deze staan op een laag bouw, die openbaar 
	toegangkelijk is. Hier zijn de grote ontvangsthal en de raadszaal geleggen. 
	De tour concentreert zich met name op de kunst aan de muren van de enorme 
	centrale hal. De werken zijn nationaal-historisch. Een wand vertelt het 
	verhaal van de bezetting, de andere heeft een meer maatschappelijk/mytische 
	betekenis. Arneberg en Poulsen, zijn de architecten die ook de Noorse 
	Zeemanskerk in Rotterdam 
	
ontwierpen. De grote hal is ook de plaats waar in 
	elke jaar in december de Nobelprijs voor de Vrede wordt uitgereikt. Een paar 
	dagen voor ons bezoek kreeg de Birmese winnares Aung San Suu Ky hier alsnog 
	haar prijs uitgereikt die ze in 1991 vanwege haar huisarrest niet kon 
	ophalen. We krijgen ook de ontvangstruimten op de bovenetage te zien, 
	behalve de trouwzaal, want die wordt ook vandaag druk gebruikt. Elke tien 
	minuten gaat er een bruidspaar in en uit. Hierdoor missen we het enige werk 
	van Edvard Munch in het stadhuis. In de gang met de geschenken aan de stad 
	zien we een glazen bord dat koningin Beatrix in 1986 aan de stad schonk. Na 
	de bezichtiging drinken we koffie bij Kaffebrenneriet aan de kade. 
	Vervolgens bezoeken we het Nobel Vredescentrum, gewijd aan de vrede en de 
	winnaars van de prijs sinds 1901.  
Aan het eind van de middag gaan we met de 
	Holmenkollenbaan naar de gelijknamige springschans. De spoorlijn maakt nu 
	deel uit van het metrosysteem, maar is bijzonder in die zin, dat het t
raject 
	voortdurend stijgt en de perrons te kort zijn voor de metrostellen. 
	Uiteindelijk stappen we uit op 270 meter hoogte. Dan zijn we er nog niet, 
	want we moeten nog een kwartier bergopwaarts lopen naar het skimuseum en de 
	toegang tot de lift van de 
	Holmenkollen springschans, het nationale ski-stadion van Noorwegen. De 
	nieuwe schans werd in 2010 geopend. Hij is 60 meter hoog en 96 meter lang. 
	De eerste schans werd hier in 1892 gebouwd. De schans is sindsdien 19 keer 
	verbouwd en herbouwd. Eenmaal boven worden beloond met een uitzicht op Oslo 
	en omgeving. Het weer is ons ook nu weer goedgezind: de zon schijnt over 
	Oslo. Onder de schans is het noorse skimuseum gevestigd.
We nemen de metro weer terug naar de stad en met tram 
	en bus komen we weer in Cochs pensjonat en gaan meteen door naar Peppes 
	Pizza voor een stevige Pizza op z’n Noors. Peppes zit overal en nergens in 
	Noorwegen, maar dit is de eerste die we bezoeken. Niet slecht, 
	
beter dan de 
	Pizza hut. Later op de avond gaan we op pad naar de homokroeg
	The London Pub. Na een biertje (halve 
	liter van 45 kronen) gaan we verder naar Ett Glas, waar we gisteren ook al 
	een cocktail hebben gedronken. Hier is een wat trendier publiek en ook wat 
	jonger. De zaak heeft een open pui, die uitziet op het Grand Hotell. Na een 
	drankje gaan we weer naar het hotel 
	waar we de tweede helft van Duitsland tegen Griekenland zien. De 
	Mannnschaft wint uiteindelijk makkelijk met 4-1.
Weer: halfbewolkt met veel zon. 18 graden.
Het is een bewolkte ochtend, maar zeker niet koud. We 
	pakken onze koffers en drinken weer koffie bij de Kaffebrenneriet. Dan met 
	de tram naar het station, waar we de
 koffers in een kluis opbergen. We lopen 
	de stad in en kopen wat souvenirs bij Norway Designs aan de Stortinggata. 
	Dan lopen we naar de haven en lopen de Akersbrygge af. Dit is een 
	herontwikkeling van een scheepswerfterrein midden in de stad. Veel 
	appartementen, kantoren, restaurants en winkels, waaronder het befaamde
	Lofoten Fiskerestaurant.
We genieten van het uitzicht en ook een beetje van de zon. Daarna lopen we haven rond naar het Akershusfestning en de cruisekade, maar er is vandaag geen schip aan de kade. Daarna drinken we nog wat op een terras, tot de lucht enorm betrekt en we een warenhuis opzoeken. We vinden Steen & Ström. Prachtige winkel met veel mode, maar stukken duurder dan in Nederland. We verlaten het warenhuis om ons zelf verder geen geweld aan te doen en lopen naar het station. Eenmaal binnen barst buiten een enorme noodweer los. Net op tijd binnen dus. We halen onze koffers en gaan naar de Flytog naar het vliegveld Gardemoen. De trein gaat nu op zaterdag elke 20 minuten en wij hebben de trein van 14.25. Twintig minuten later zijn we er. We geven onze bagage af en gaan door de controle. Dan is het wachten op onze vlucht. Die gaat om 17.25 en verloopt verder probleemloos.
Op Schiphol hebben we snel onze bagage en nemen we de Fyra naar Rotterdam
weer: bewolkt 17 graden
| 
			
			 | 
			Andere Reisverslagen | |
| terug |