Riga |
||
Vrijdag 2 september 2005 We
vertrekken met de KL1323 om 10.15 vanaf Schiphol. We hebben zo'n kwartier
vertraging en daarom komen we pas om 13.25 in Riga aan. Het is hier een uur
later dan thuis. Het is mooi weer in Riga. De zon schijnt en het is rond de 20
graden. Op het vliegveld worden we opgewacht door een man die met een bord
zwaait waar mijn naam op staat. Hij begeleidt ons naar een taxi, geeft de
chauffeur een briefje en we rijden naar Riga. We verblijven in het hotel Radi un
Draugi, midden in de oude stad, in het Lets Vecriga genaamd. Na een korte pauze beginnen we aan een wandeling
door het oude stadscentrum. We beginnen bij de Domkerk. Het is een lutherse kerk,
waarvan de bouw in de 13e eeuw is begonnen. Door de vele aanvullingen door de
eeuwen heen is het een mengelmoes van bouwstijlen
geworden, maar oorspronkelijk is het een romaanse kerk. De bouw werd in 1211
begonnen op initiatief van de Duitse priester Albert von Buxhoeveden, de
stichter van Riga. Het interieur is, zoals bij Lutherse kerken gebruikelijk,
nogal sober. Het meest opvallend is nog het orgel. De grafstenen en monumenten
in de kerk zijn allen Duitstalig. Duits was eeuwenlang de voertaal in Riga,
aangezien de stad door Duitsers is gesticht en eeuwenlang een Duitse Hanzestad
was. Tegenover de Dom staat het groengekleurde beursgebouw
uit 19e eeuw met
Romeins-Griekse beelden in de gevel, die de verschillende ambachten
verbeelden. We lopen door en komen langs een gebouw waar ooit Peter de
Grote, tsaar van
Rusland heeft verbleven en na hem tsarina Catharina de Grote.
Catherina's
erewacht werd in die tijd aangevoerd door ene Hieronymus
Friedrich von
Münchhausen, de nepbaron die later bekend werd om zijn verhalen over zijn
onmogelijke avonturen. We komen vervolgens langs een
mooi art nouveau pand, een van de vele in Riga, maar een van de weinige in de
oude stad. Het kasteel van Riga dateert uit de 15e eeuw. Dit is
een wat simpel gebouw, maar wel de residentie van de Letse president. Er
staat een erewacht voor. Het was ooit het hoofdkwartier van de Livonische
Ridderorde, die lange tijd de dienst uitmaakte in Riga. Nu zijn er naast de
president ook 3 musea gevestigd (Buitenlands Kunst, Letse Geschiedenis en
Literatuur). Aan de Maza Pils (Kleine Burcht) straat zien we de
Drie Broers. Een
drietal panden uit verschillende eeuwen. De oudste stamt uit 1400 en lijkt op de
andere te vallen. De middelste is een mooi renaissance pand uit de 17e eeuw. De
derde een bescheiden pandje van later datum. Via Jekaba straat komen we langs de
Rooms-Katholieke Jacobuskerk en het parlement. Het parlementsgebouw werd in de
19e eeuw gebouwd als Ridderhuis en deed later dienst als communistisch
hoofdkwartier tijdens de revolutionaire dagen in 1919 en als Britse ambassade
tijdens de eerste onafhankelijheid tussen de twee wereldoorlogen. We lopen verder langs schilderachtig mooie straatjes
zoals de Torna iela, de Troksnu iela en de Zweedse poort. Dit is de enig
overgebleven stadspoort. Hier staat ook de
Jacobuskazerne, een tweehonderd meter
lang geelkleurig blok. Ooit door de Zweden gebouwd als kazerne, hebergt het nu
winkels, café's en restaurants. Aangekomen
bij de Kruittoren breken we de wandeling voor vandaag af. We
drinken een biertje op Livu Laukums plein, waar een groot aantal terrassen en
biertenten zijn gelegen. Ik neem een Lets bier, Aldaris, wat redelijk smaakt. 's avonds
gaan we een cocktail drinken in de bar van het Reval Hotel Latvija. Dit hotel,
gebouwd in de Sovjettijd, ligt in de wijk Centr, net buiten de oude stad. Op de 26e
etage is de Skyline bar met een prachtig uitzicht over de oude stad. De rit naar
boven met de panoramische liften is al een aardig voorproefje. Later op
de avond eten we op een terrasje (Velvets) in de oude stad nabij de St Peters kerk. Zaterdag 3 september 2005 We ontbijten in het hotel. Na het ontbijt zoeken we een koffieadresje in de buurt. Er zijn er genoeg, maar om half negen is er nog niets open. Maar het café van het hotel wel, dus dat komt goed uit. Om half tien worden we opgehaald door Ivita Ose onze gids van vandaag. We hebben haar ingehuurd via Patricija Tourist Office. Het is een jong meisje van 23 jaar dat Geschiedenis studeert aan de universiteit hier. We lopen eerst door de oude stad, bijvoorbeeld lang het huis van de Zwarte Hoofden, een gildenhuis, dat in de oorlog is verwoest, maar in een bui van nationalisme na de onafhankelijkheid in 1991 is herbouwd. Het ziet er mooi, maar ook erg nieuw uit. Voor het gildenhuis staat een standbeeld van Ridder Roland, de legendarische held die de moren tegenhield in de Pyreneën in de 9e eeuw. De legende van Roland was immens populair in Noord-Europa en Riga eert hem met een standbeeld. Naast het Gildenhuis staat het museum van de Letse bezetting. Volgens Ivita moet dat Bezettingen (meervoud!) zijn, want na de Russen in 1939, kwamen de Duitsers in 1941 en later weer de Russen tot 1991. Het gebouw was oorspronkelijk gewijd aan de Letse Fuseliers. Dit was een Lets regiment dat door de Russen vanaf 1915 werd ingezet tegen Duitsland. Het heldhaftige regiment kreeg na tijdje in de gaten dat het door het Tsarenleger als kannonenvoer werd gebruikt en keerde zich tegen Rusland en droeg bij aan de machtsovername door Lenin in 1917. Op het plein naast het museum worden de fuseliers herdacht door een roodgranieten monument in sovjetstijl. We lopen nog langs de dom die we gister hebben gezien evenals de Zweedse poort, de kazerne en de kruittoren, maar dan gaan we de oude stad uit en komen langs het Vrijheidsmonument. Gebouwd in de jaren '30 van de 20e eeuw. Het is een allegorisch beeld met de woorden "Voor Vaderland en Vrijheid". De 50 meter hoge pilaar wordt bekroond door een vrouwenfiguur (Milda) die drie sterren in haar hand houd. Dit zijn geen Sojvet sterren, maar verwijzen naar de drie landsdelen. Er staat een ere wacht voor. Vlakbij het monument staat de Laima-klok, gesponsord en vernoemd naar een chocoladefabrikant. De Art Deco klok uit de 30'er jaren fungeert al decennia als punt om af te spreken voor de inwoners van Riga. We lopen langs de ambassade gebouwen van Duitsland en Frankrijk die schitterend liggen aan de Raina boulevard. Eclectische gebouwen. Vervolgens komen we bij de Russisch orthodoxe Kathedraal. We gaan naar binnen en zien een doopplechtigheid in volle gang in een van de kapellen. Maar in de kapel er tegenover ligt een dode man opgebaard. Groter kunnen de tegenstellingen niet zijn. Er ontbreekt nog net een bruiloft! De kathedraal was tijdens het communisme een sterrenwacht en een café, maar werd na de onafhankelijkheid weer in ere hersteld. In Letland woont een grote Russische minderheid (in Riga zelfs een meerderheid van 55%), die hier heen is gemigreerd op initiatief van Stalin tijdens de industrialisatie van Letland in de jaren 50. In de periode daarvoor werden veel Letten door de Sovjets naar Siberië gedeporteerd. Lets is nu de enige officiële taal en kennis ervan is voorwaarde voor het Lets staatsburgerschap. We lopen verder en komen bij de Berga Bazars een complex van gebouwen die opgekocht en herontwikkeld zijn door de Letse ontwikkelaar Bergs, een type ondernemer dat het van krantenjongen schopte tot miljardair. Wel heel smaakvol gedaan moeten we constateren. We lopen door naar de centrale markt (Centraltirgus). Deze is gevestigd in een vijftal hallen, achter het Centraal Station, die ooit dienstdeden als hangars voor Zeppelins. Het is een gigantisch grote overdekte hal met allerlei verse levensmiddelen. Groente, fruit, vlees, verse vis (er zwemmen zelfs levende karpers en palingen in bassins) en gedroogde vis. Gedroogde vis schijnt een favoriete biersnack te zijn voor de Russen. Hier is Russisch de voertaal. In tegenstelling tot wat de kooplui willen doen geloven komt de handelswaar vaker uit het middellandse zeegebied dan uit Letland zelf. Tenslotte lopen we
naar het deel van de Cenrum wijk (niet te verwarren met de oude stad), waar de
meeste Art Nouveaupanden zijn geconcentreerd. Albertastraat bestaat alleen maar
uit Art Nouveau, alles uit het begin van de 20e eeuw. Een indrukwekkende
verzameling, rijkgedecoreerde panden. Het is uniek om een straat te vinden waar
alle gebouwen in deze stijl zijn ontworpen. In de communistische tijden waren de
panden communale woongemeenschappen. Nu zijn
het weer appartementengebouwen. In één er van is de Belgische ambassade
gevestigd. Op de hoek van Albertastraat en Strelniekustraat
staat het Rozentals/Blaumanis
Museum. Hier woonden ooit de Letse schilder Rozentals en de schrijver
Blaumanis.
Het interieur is te bezoeken en net als de buitenkant in Art
Nouveaustijl. We nemen na 3 uur wandelen afscheid van Ivita en gaan
lunchen in de
Vliegende Kikker (Lidojosa Varde).
Simpele eetcafé kost. 's
middags nemen we de bus #40 die ons van Raina Bulvaris naar de Salu brug over de Daugava brengt. We
stappen midden op de brug uit en lopen over het Zakusala (konijneneiland) via een verlaten weg naar de TV
toren voor een prachtig uitzicht over de stad. Het uitzichtplatform van de toren
is op zo'n 97 meter hoogte. Voor een luttele 2 Lat (€3 euro) mogen we met de
lift naar boven. Terug in de stad kijken we wat rond in het Stockmann
warenhuis (een Fins bedrijf), waar louter luxe waren te koop zijn, voor velen
Letten buiten het bereik van hun portemonnee. 's avonds drinken we een cocktail
met Zwarte balsem, de typische Letse drank. In cocktailvorm is het goed te doen,
maar puur is het waarschijnlijk te typisch Lets. We eten
bij het eten eetcafe Salt 'n Pepper. Het eten is redelijk, maar wel erg
gekruid. Na het
eten gaan we om een uur of 10 richting club XXL, een van de twee gay clubs in
Riga. Na 11 uur stroomt het vol
met een relatief jong mannelijk publiek. Wij blijven tot half een. Zondag 4 september 2005 We gaan verder met onze wandeling van vrijdag. Deze brengt ons langs het grote en het kleine gildehuis. Deze gebouwen uit de 15e eeuw behoorden tot de gilden van handelselite, waarvan alleen Duitsers lid konden worden. De Letten moesten zich tevredenstellen met de gilden van de bootslieden. Met name het kleine gildehuis ziet er mooi uit met een beeld van de beschermheilige St. Johannes in de gevel. Iets verderop staat het huis van de kat. De eigenaar was begin 20e eeuw het lidmaatschap geweigerd van het grote gilde, omdat hij Let was. Daarop zette hij een kat op het dak van zijn Art Nouveau pand ertegenover met het achterwerk naar het gilde gericht. Na een rechtzaak moest de kat worden gedraaid. We komen daarna langs de Johanneskerk uit 1400, waarin volgens de overlevering twee monniken zich hebben laten inmetselen. Zij werden in levengehouden met voedsel dat door een gat in de muur werd aangereikt. Een staaltje van middeleeuwse devotie, dat toentertijd niet ongebruikelijk was. Nu worden er in de kerk orgelconcerten gegeven. Ernaast staat de Peterskerk met zijn karakteristieke uivormige torenspits uit driedelen. Dit is niet de eerste torenspits, maar een replica van de 18e eeuwse versie. De toren werd in 1941 door de Duitsers in puin geschoten. De toren is een soort merkteken voor de stad geworden. Met een lift kunnen we voor 2 Lat naar boven voor een mooi uitzicht over de oude stad vanaf 79 meter.
We steken vervolgens de Daugava over naar de wijk Pardaugava. Na een lange wandeling via de
Uzvaras Bulvaris, langs een park met dezelfde naam en het Soviet oorlogsmonument
komen we bij de overdekte Agenskalns markt. Dit is een echt volkse
aangelegenheid met ontzettend goedkope textiel en schoenen, maar vooral veel
vlees, vis, groente en bloemen. We
eten er een kleine snack voor bijna niets en lopen terug via de
Smilga Iela. Hier staan veel houten woonhuizen, die zo typerend zijn voor
Pardaugava. Velen zijn in nogal
slechte staat van onderhoud. Uiteindelijk komen we uit bij de Vansu Tilts, de
grote tuibrug over de Daugava en zo weer terug in de oude stad. We
lunchen, waarna we om 14 uur de trein nemen naar Jurmala. De treinreis
in een
ouderwetse krakende wagon duurt ongeveer 35 minuten (vanaf spoor 3 of
4, vertrek
elk half uur). De aanduiding van de stations is niet even duidelijk,
maar
gelukkig hangt er een schema van de stations en het lijnennet in de
wagon. De
conductrice, die zeer actief de kaartjes controleert spreekt geen woord
Engels. Jurmala ofwel "de kust"
is een serie van kleine kustplaatsjes ten westen van Riga, aan de Golf
van Riga. Wij stappen uit in Majori. Dit is het meest ontwikkelde dorpje met veel
restaurantjes en winkeltjes aan de voetgangersstraat Jomas die naar het naburige
Dzintari loopt. Wij lopen over het strand naar Dzintari, drinken wat op een
terras van een strandtent en keren via de Jomas weer terug naar Majori. Op deze
zondag middag met het zonnige weer is het enorm druk hier en de terrassen zijn
goed gevuld. We
nemen de trein van 16.23 terug naar Riga. We
drinken een cocktail bij Spalvas pa gaisu. Aardige tent met jong publiek. Alleen
jammer dat er wat weinig personeel is en ze een groot videoscherm hebben
opgehangen waarop een ijshockey wedstrijd van de Letse nationale ploeg is te
zien. Daarna gaan we voor het diner naar Melnie Muki (Zwarte Monnik). Het
restaurant zit in een oud pand met middeleeuwse wanden. Het menu is ontzettend
uitgebreid en gevarieerd. Het eten is prima, enkele details daargelaten. Ook de Spaanse wijn is goed. In ons hotel nemen we
nog een afzakkertje in de gasten lounge. Maandag
5 september 2005
We slapen
wat uit . Na het ontbijt en koffie wandelen we wat door de
stadsparken die de oude stad van de wijk Centr scheiden. Het is prachtig weer en
de bankjes in het park worden goed gebruikt. Het Stadspark en het Kronvaldspark
liggen rond de oude stadsgracht Pilsetas Kanals. In het park zijn ook de resten
van een oud bastion te zien. Langs het park loopt de Raiņa Bulvāris, een drukke
straat waaraan talrijke imposante 19e eeuwse stadspaleisjes liggen
waarin o.a. ambassades (Frankrijk, Duitsland, VS) zijn gevestigd. Verderop
liggen de parken Esplanāde en Vērmane’s tuin, waarin o.a. de
Russisch Orthodoxe kathedraal ligt. Hier waren we zaterdag al. We shoppen nog
wat hier en daar en lopen langzaam weer terug naar het hotel. Om half twaalf
worden we door het hotel naar het vliegveld gebracht. Het is een kort ritje van
een kwartier. We eten hier wat en wachten op het vertrek van onze vlucht om
13.55. Rond 15.10 landen we op Schiphol. We hebben de trein van 15.40 en om
16.20 zijn we in Rotterdam.
|