deel 1 |
La Palma |
We staan om 2 uur in de nacht op. Ik lig er net 3 uur in. Om half 3 staat de taxi voor de deur, die ons naar het Centraal Station van Rotterdam brengt. We zijn er weer veel te vroeg en moeten nog tot 3.02 wachten voor onze trein naar Schiphol. We komen er 3.56 uur aan. We zijn al ingecheckt en moeten alleen nog de bagage inleveren. Dat duurt langer dan gedacht, want de bagageband weigert dienst. Het is na een paar minuten opgelost. We drinken nog koffie bij Starbucks voor we naar de gate gaan om aan boord te gaan. De vlucht van Transavia naar Santa Cruz de la Palma verloopt zonder incidenten en we komen na 4 uur en 10 minuten aan. Het is hier een uur eerder dan in Nederland, dus rond kwart over negen zitten we in onze huurauto van Sixt (een Volvo C30) - die hier wordt vertegenwoordigd door CiCar. We gaan op weg naar ons huisje aan de noordwestkust van het eiland. Het is maar 65 km, maar we doen er ruim twee uur over, via de oude tunnel door de centrale bergrug en kronkelende wegen, die overigens in uitstekende staat verkeren. Onderweg tanken we en zijn stomverbaasd over de benzineprijs: 67 cent per liter voor Euro95!!!
We rijden naar het dorpje Puntagorda, naar de buurtschap El Pinar, waar de eigenaar van het huisje in de plaatselijke Spar werkt. Hij brengt ons naar het huisje, El Tendal genaamd, aan de rand van het dorpje. Het is eenvoudig, maar van de meeste gemakken voorzien, inclusief satelliet tv, internetaansluiting, BBQ, binnenplaatsje, wasmachine en een mooie tuin met sinaasappel en mandarijnen bomen. We mogen ook de kruiden uit de tuin gebruiken voor het koken. We hebben het huisje gehuurd via de website van Turismo Rural.
We hebben al een dag achter de rug als we rond half één geïnstalleerd en wel in het huisje zitten. We rusten even uit. Om half twee gaan we weer op pad. We rijden naar het noorden, via kleine en smalle wegen naar Santo Domingo de Garafia. Een slaperig dorp hoog boven de zee. We lunchen er in de plaatselijke taveerne, Bar Santo Domingo. We rijden door naar Tablado. Een gehucht bijna geheel geïsoleerd van de rest van het eiland. Hier slaan de golven tegen de ruige rotskust. We genieten van het uitzicht. We rijden terug naar de hoofdweg en terug richting Puntagorda. We slaan de weg af richting Roque de Muchachos. Een slingerweg met talloze haarspeldbochten voert ons 8km omhoog naar het astronomisch observatorium. Tijdens de klim wordt het steeds mistiger, maar vlakbij de top wordt het weer helder en komen we boven het wolkendek uit. Vanaf de top, dat eigenlijk de rand van de voormalige vulkaankrater Caldera Taburiente is, hebben we een vreemdsoortig uitzicht over de bovenkant van het wolkendek. Het is hier fris, zo’n 5 graden. We rijden weer terug naar beneden en naar het huisje. We zijn doodop en gaan even naar bed om uit te rusten.
Om acht uur gaan we eten in het restaurant Pinar de la Virgen in Puntagorda. Om die tijd is het nog uitgestorven. We zijn de eersten. Eigenlijk zijn we te moe om te eten, maar we doen het toch maar. Er staan hier uitsluitend streekgerechten op het menu. Ik neem konijn (kleine portie) en Erik rundvlees. We zitten al snel vol. We rijden door de duisternis terug naar het huisje en gaan vroeg naar bed.
We staan rond 8 uur op en ontbijten in ons huisje. Ik bel naar het duikcentrum Tauchpartner-La Palma in Puerto Naos, maar ze melden dat ze vandaag naar het Oosten gaan voor een duik voor gevorderden. Ik heb nog maar een week mijn duikbrevet, dus dat is niets voor mij. Maandag moet ik nog eens bellen en dan hoor ik of het weer en de zee een duik toestaan.
We zetten het plan om en pakken de wandelspullen en rijden naar Los Llanos. Dit is een grote plaats (20.000) inwoners, midden op het eiland. Het is er gezellig druk en we drinken er koffie in de zon op een terras. We kijken wat rond en rijden door naar het bezoekerscentrum van La Taburiente voorbij de plaats El Paso, zo'n 10km verderop. La Taburiente is een voormalige vulkaankrater, een Caldera. De weg naar het uitkijkpunt El Cumbrecita, dat op de rand van de caldera ligt, is gesloten, omdat het parkeerterrein boven volstaat. We moeten ons op de wachtlijst laten zetten en ons voorbereiden op een uur wachten. Dat doen we maar. Ik ga een paar broodjes halen in El Paso. Na ruim een uur en twintig minuten zijn we aan de beurt om naar boven te rijden. Boven is het uitzicht prachtig. We lopen een kilometer naar een ander uitzicht punt, Lomo de las Chozas. Hier is het nog mooier. We zien uit over de caldera. De rand is zo nu en dan gehuld in wolken. Het weer is lekker, zonnig en rond de twintig graden. Er is een wandelpad naar beneden naar een camping op de bodem van de caldera, maar dat is op dit moment onbegaanbaar. Na een uurtje zijn we weer terug bij de auto en rijden we naar La Ermita Virgen del Pinar. Een piepklein kerkje aan de voet van de bergen. Volgens de legende verscheen kort na de verovering van het eiland door de Spanjaarden in de 15e eeuw de maagd Maria aan boer bij een denneboom.
We eten nog een broodje en rijden terug naar ons huisje in Puntagorda, ongeveer een uur rijden. De zon schijnt nog lekker en we gaan op ons eigen terras wat lezen en drinken tot het te koud wordt. Iets voor negen uur rijden we naar Tijarafe om te gaan eten bij restaurant La Muralla. Een moderne zaak die op de rand van een afgrond is gebouwd met zicht op de zee. Van dat uitzicht zien we niet veel, want het is inmiddels pikdonker geworden. We eten er wel lekker en de obers rennen af en aan. Na het lekkere maal rijden we weer terug naar huis. Onderweg rijden we door mistflarden van wolken die tegen de bergen aanbotsen.
Weer: zonnig 22 graden in Los Llanos e.o.; slechts 15 graden rond Puntagorda als het bewolkt is.
We staan rond acht uur op. Na het ontbijt doen we rustig aan. We drinken koffie op ons terras in de ochtendzon. Rond elf uur gaan we naar de Mercadillo, de streekmarkt hier in Puntagorda. Twee keer per week wordt deze overdekte markt gehouden. Er worden groenten, fruit, vlees en kaas verkocht, maar ook kunstnijverheid. Opvallend veel Duitsers bieden hier hun kettingen, keramiek en wat al niet aan. Wij kopen een potje amandalpasta. We komen ook de eigenaar van ons huisje tegen, die vraagt of alles nog steeds naar wens is. We rijden terug naar ons huisje. Om half twee gaan we weer naar La Muralla voor de lunch. Het is er helemaal vol, maar na een zeer kort verblijf aan de bar, krijgen we toch een tafeltje. Nu kunnen we wel genieten van het uitzicht.
In de namiddag ga ik nog een wandeling maken vanaf ons huisje richting kust. Een leuk rondje met als hoogte punt de beklimming van een rots met een uitzichtpunt, waarop een kruis is opgericht door de familie Hernandez. Een plaquette drukt de dank uit van de gemeente Puntagorda voor deze genereuze gift. De terugweg is nogal stijl omhoog en bezweet en voldaan kom ik terug bij Erik.
We kijken tv (BVN). Eerst Sportweekend van de VRT en daarna Studio Sport met het eredivisie voetbal. Feyenoord speelt 0-0 gelijk uit bij AZ, de gedoodverfde kampioen. Na het voetbal gaan we naar de pizzeria in het dorp. Het is een uiterst vriendelijk zaakje, maar de bediening is erg traag. Het duurt ruim drie kwartier voor de pizza's op tafel staan. Gelukkig smaken ze goed net als de Aragonese wijn (Calatayud) die we erbij krijgen.
Weer: bewolkt, met zonnige perioden. 15 graden
We staan bijtijds op, rond half acht. Buiten regent het pijpenstelen. Na het ontbijt gaan we op weg naar Los Llanos (bijna 1 uur rijden over 30km), waar we koffiedrinken. Het is hier zonnig en warm. We bellen met het duikcentrum Tauchpartner-La Palma om te vragen waar en wanneer de duiken plaatsvinden. Ik kan vanmiddag om half twee terecht en ze blijven in Puerto Naos. Na de koffie rijden we er alvast heen om eens rond te kijken. De zaak ziet er keurig uit. We rijden vervolgens naar Tazacorte, een havenstadje dat voornamelijk van de bananenteelt leeft (eerder was dat rietsuiker). Er staan nog veel oude herenhuizen van de suikerhandelaren van weleer. De bananenplantages staan tot midden in het stadscentrum. Het is een aardig plaatsje waar we een snack nemen voor we weer terugrijden naar Puerto Naos. Puerto Naos is een echt toeristenoord met appartementencomplexen en hotels en een boulevard met souvenirwinkeltjes. Er is een klein zwart zandstrand.
Ik meld me op het duikcentrum en wordt door Stephan in de kleren gestoken. Hij zal ook de duik leiden. Er is nog een deelnemer aan de duik, Klaus. Dan gaat er nog een divemaster mee, Robin genaamd. Als we klaar zijn om weg te gaan komt net Georg de eigenaar van de zaak terug van een duikles. Hij neemt ons mee naar het strand, geeft nog wat laatste tips en dan gaan we door de branding te water. We dalen eerst af naar een meter of vier, zwemmen door een soort canyon waar we diverse vissen tegen komen als Zeebrasems, Kogelvissen, Papegaaivissen en ook zo nu en dan wat zeesterren. Daarna dalen we af tot zo’n 20 meter. We komen dan op een zandplaat. Daar is niet zoveel leven te bekennen. Dan keren we terug naar 6 meter en dan langzaam naar het strand. De duik duurt ruim 40 minuten. Het zicht was voor mij, die alleen het Oostvoornse meer gewend is geweldig, maar hier zijn ze minder gauw tevreden. Robin vindt het zicht matig. Je kunt toch wel zo’n 10 tot 15 meter zien, behalve dicht bij het strand, daar zie je bijna niks. Het water is ongeveer 19 graden warm, bijna net zo warm als de lucht.
Na de duik, spoelen we de spullen af, vullen het logboek in en neem ik afscheid van mijn buddy Robin. Erik en ik rijden weer terug naar Puntagorda naar ons huisje El Tendal.
We rusten wat uit en kijken tv. Rond half negen gaan we eten bij restaurant El Piñar aan de rand van het dorp. Het is het enige restaurant dat op maandag open lijkt te zijn. Het is wat basic en omdat de buitendeur open staat ook steenkoud. De vrouw die serveert ziet er behoorlijk gedeprimeerd uit. Als we stiekum de deur dichtdoen tegen de kou, gaat die binnen de kortste keren weer open. Het eten is eenvoudig, Spaans, maar prima te eten. Niet echt een aanrader.
Weer: wisselend bewolkt, zo nu en dan wat regen, maar met zonnige perioden. 12 – 22 graden.
Na het ontbijt en afwas gaan we meteen op weg naar het zuiden. We drinken koffie in Los Llanos bij ons vertrouwde adres naast de kerk op de Plaza de España. Daarna gaan we op weg naar het zuiden. We stoppen Las Manchas de Abajo om de Plaza de Glorietta te bewonderen. Dit plantsoen met mooie fantasierijke mozaïeken is ontworpen door een plaatselijke kunstenaar Luis Morera. De afslag naar dit gehucht hebben we eerst gemist, maar terugrijdend zien we het bordje wel.
Na dit korte bezoek rijden we door over de LP2 hoog boven de kust. We stoppen bij de Mirador de Las Indias, waar we een mooi uitzicht over de westkust hebben, maar West-Indië, waar dit uitzichtpunt genoemd is, ligt echt te ver weg. Even verder komen we in Fuencaliente, dat sinds een paar jaar Los Canarios heet. Heel verwarrend worden beide namen door elkaar gebruikt op de wegwijzers. We rijden naar de afslag voor de Volcan Teneguia. Hier verlaten we de auto en lopen we verder naar de top van de Teneguia. Deze vulkaan is nu dood, maar barstte in 1971 nog uit. De berg is niet al te lastig te beklimmen, maar bergschoenen en stokken zijn wel handig. Het uitzicht is mooi en er staat een straffe wind. De zon schijnt gelukkig wel. Je hebt er ook uitzicht op de andere vulkaan San Antonio. Ik loop weer terug naar de auto en we rijden Los Canarios in om te gaan lunchen bij Tasca La Era. Specialiteit is hier gerookte kaas (Queso Asado), die in plakken gebakken wordt en besprenkeld met groene Mojo. Wij vinden het niet heel bijzonder smaken. De hoofdgerechten zijn wel lekker. Na het eten rijden we naar Volcan San Antonio. Bij de slagboom moeten we €3,50 pp betalen. Er is een bezoekerscentrum met een nogal basale tentoonstelling (in het Spaans) over het vulkanisme hier. Dan lopen we de rand van de vulkaan op. De krater is nu dood en er groeien hier en daar boompjes in. We kunnen over de rand van de vulkaan de helft van de kegel afleggen. Het uitzicht is weer heel erg mooi. Dan gaan we op weg terug naar huis. We stoppen nog in Los Llanos, dat doodstil is tijdens de siësta. Een paar terrassen zijn gelukkig nog open en we nemen een biertje (en een mineraalwater). Daarna rijden we naar ons huisje El Tendal bij Puntagorda.
’s Avonds gaan we weer - dit keer voor het laatst - bij La Muralla eten. We moeten vroeger eten, want op dinsdag gaat de keuken om 21 uur dicht. Voordeel is wel dat we nog even van het mooie zeezicht kunnen genieten.
Weer: zonnig. Max. 20 graden
Andere Reisverslagen | ||
terug | verder |