Montmartre: in de voetsporen van Amélie Poulain

De wandeling begint bij <1> het metrostation Lamarck-Caulaincourt, het station van Amélie (hier Metrostation Lamarck-Coulaincourtleidt ze een blinde man naar toe voordat ze opstapt om naar haar geliefde te gaan!). Hier zie je meteen een van de films onwaarschijnlijkheden: Je ziet in de film Amélie in de Rue Lepic de hoek om gaan en hups... ze is in de rue Lamarck. In werkelijkheid liggen de straten ruim een kwartier lopen van elkaar verwijderd...

We drinken koffie op het terrasje van Le Refuge tegenover het metrostation, een rustig buurtcafé, vanwaar je de hele straat kan overzien. Daarna gaan we de trappen op, die de Rue Lamarck verbinden met de Rue Caulaincourt. Hier slaan we rechtsaf, lopen langs café Au Rêve, waar de tijd al zeventig jaar stil lijkt te staan. Links gaan we bij de driesprong verder via Avenue Junot. Deze buurt is rond 1920 ontstaan. Tegen de bouw van de Art Deco panden was destijds veel verzet omdat de laatste boerderijen van Parijs ervoor moesten wijken. Nu woont hier de jet-set. Aan de rechterhand zien we waar de straat naar links buigt, de Vila Leandre, een beschutte en exclusive enclave met Normandische villa's. Op nr 15 staat de villa van de dichter Tristan Tzara, grondlegger van de Dada-beweging uit 1926, ontworpen door Adolf Loos. Verderop is de Hameau des Artistes op nr 11, waar ooit vele kunstenaars hun atelier hadden. 

Verderop gaan we linksaf de Impasse Girardon in. Hier staat de voormalige studio van de schilder Gen Paul (1895-1975), ook bekend als Gégène. Hij stond bekend om zijn bijtende stijl, zijn houten been - overgehouden aan de 1e wereldoorlog, zijn studio vol troep en zijn typische Parijse jargon. De impasse leidt naar de Square Suzanne-Buisson in. Hier is een jeu de Boule baan en een beeld van Saint Denis, een van de beschermheiligen van Frankrijk. Hij werd waarschijnlijk in of rond 258 als eerste bisschop van Parijs en christelijk martelaar op de "Butte" onthoofd en liep vervolgens met het hoofd in de hand naar de plek waar nu de basiliek van Saint Denis staat. We lopen door, verlaten de Square via de speeltuin. We lopen de speeltuin helemaal door en slaan dan Dalida - Allee des Brouillardsrechts af, gaan een trap op en een smal laantje in, Allee des Brouillards. Hier kwam Amélie soms om wat te dagdromen. Aan het eind van het laantje komen we bij een echte beroemdheid uit deze buurt. Op een naar haar vernoemd pleintje <2> staat een standbeeld van de zangeres Dalida. We lopen zuidwaarts via de rue Girardon. Op de hoek met de Rue Lépic zien we de Moulin Radet bovenop een restaurant met de naam Moulin de la Galette.  De molen is een van de weinig overgebleven molens van Montmartre. In de tijd dat Renoir ze vereeuwigde op zijn schilderijen waren het er meer dan 40!  De Radet was samen met de Blute-fin in handen van een molenaarsfamilie Debray, die meel maalde voor een typisch brood, een galette. De bakkerij werd een broodjeszaak, later een restaurant, bar en feestzaal. In 1924 werd de Radet naar deze locatie verplaatst. In het pand zit ook één van de oudste bioscopen van Parijs, de Ciné 13.

Moulin de la GaletteWe steken de rue Lepic over en gaan de smalle Rue D'Orchampt in. Wanneer de straat naar links buigt komen we langs het voormalige woonhuis van Dalida. Aan het eind van de straat slaan  we rechtsaf en komen  op de place Emile-Goudeau (ook als rue Ravignan aangeduid). Op dit liefelijke plein staat aan de rechterhand op nr. 11 een gebouw bekend als de Bateau-Lavoir <3> Picasso, Braque en Gris werkten op deze plek en ontwikkelden het Kubisme. Ook Kees van Dongen, Brancusi en Modgliani werkten hier aan het begin van de 20e eeuw.  Nadat het oorspronkelijke pand in 1970 was uitgebrand, werd het in 1978 gereconstrueerd en is hier nog steeds ruimte voor kunstenaars. Indertijd werkten ook kunstenaars en schrijvers als Zola, Turgenev, Seurat, Degas, Toulouse Lautrec en Van Gogh in deze buurt.

Onder aan het plein gaan we linksaf de Rue des Trois Frèr"Maison Colignon"es in. Op nr. 56 staat de groenteboer van Amélie <4>, waar ze drie hazelnoten en een artisjok koopt... De groenteboer, die eigenlijk Ali heet, heeft het bord "Maison Colignon, fondee 1956" uit de film op zijn gevel laten staan. Een van de winkelruiten is ingericht voor een collectie krantenartikelen over de film en de winkel.

We lopen verder en slaan rechts de rue Vieuville in, waarna we uiteindelijk op de Place des Abesses <5> uitkomen. Aan dit plein, van ansichtkaart kwaliteit, klopt het hart van de buurt. Hier staat nog een van de weinige Art Nouveau metro entrees van Guimard (hierheen verplaatst vanaf het Hôtel de Ville). Cafés zijn er te over zoals het oudste van de wijk Metro AbessesSaint-Jean en de Sancerre, dat dag en nacht vol zit. Hier drinken en eten we wat.

 

Parijs

terug verder