![]() |
deel 3 |
We ontbijten in de eetzaal van het hotel. Het aanbod
is zeer uitgebreid en van uitstekende kwaliteit. We gaan de oude wijk
Ortigia verkennen. De wijk ligt op een eiland tegen de kust aan. Eerst een kopje koffie bij de waterkant en dan richting
het domplein. De dom is van oorsprong een Griekse tempel uit 530 vC en dat is nog goed te
zien aan de westgevel en aan de binnenkant. De dorische kolommen staan nog grotendeels
overeind in de kerk. In 1693 werd de kerk zwaar beschadigd door een
aardbeving. De Normandische gevel stortte daarbij ineen. De wederopbouw werd in barokstijl uitgevoerd en
bepaalt het
huidige voorkomen van de zeer sierlijk uitgewerkte façade, compleet met
beelden van de kunstenaar Marabitti. Het plein is
ervoor is ook prachtig met een paar barokpaleisjes en in het midden een
gigantisch modern beeld van een half begraven reus.
We lopen verder naar de piazza Archimede met de 20e
eeuwse Diana fontein en het bankgebouw van de Banco de Sicilia. We lopen door en komen bij de ruïnes
van de Apollotempel, nabij de bruggen die Ortigia met het vasteland
verbinden. Hier nemen we een taxi naar de Neapolis, de “nieuwe”
Griekse stad met het grote Griekse theater.
De kaartverkoop ligt een flinke afstand van de ingang, maar gelukkig
zijn we door de taxichauffeur gewaarschuwd en hoeven we niet twee keer
heen en weer te lopen. Het theater kon 15.000 toeschouwers bevatten. De
Romeinen hebben later wat veranderingen doorgevoerd zodat er ook
gladiatorengevechten konden worden gehouden. De 17e rij werd verwijderd, waarschijnlijk om de
klassen te scheiden. Onder het theater liggen een aantal steengroeven uit
de Griekse tijd. De meest bijzondere is de eerste, het “oor van Dionysos”
en ook de enige die te bezichtigen is. Een reisgezelschap uit de Abruzzen
zet hun regionale volkslied in. De groeve is 20 meter hoog en 60 meter
diep en lijkt met een beetje fantasie op een gehoorgang. We lopen weer terug naar de ingang.
We nemen een taxi naar de Basilica San Giovanni. Dit
is een ruïne van een basiliek, die nog steeds gewijd is. Het is een
kruisbasiliek, waarin door de Noormannen een roosvenster in is geplaatst.
De kerk staat boven het graf van de heilige en martelaar San Marciano. Het
ondergrondse graf en kapel zijn te bezoeken met een gids. Er zijn 12e
eeuwse frescoes van heiligen en van de apostel Paulus, die volgens de
bijbel hier 3 dagen heeft doorgebracht op doorreis naar Rome. Ter ere van
dat verblijf is er ook een fresco van hem gemaakt. Daarna volgt een
rondleiding door de catacomben, waar de Christenen van Siracusa vanaf de 4e
eeuw hun doden begroeven in een oud watervoorzieningssysteem van de oude
Grieken. Alle doden en kostbaarheden zijn in de loop der eeuwen geroofd,
op één sarcofaag na, die in de 19e eeuw is opgegraven en in
het archeologisch museum ten toon wordt gesteld. Na dik een half uur staan
we weer boven de grond na te genieten van de goede en begrijpelijke
rondleiding. We nemen weer een taxi terug naar het hotel.
Na een opfrisbeurt gaan we in de buurt bij een pizzeria wat lunchen. Daarna is het weer zo heet, dat een siësta het enige verstandige is wat je kunt gaan doen.
Na de siësta gaan we onze gebruikelijke route naar het waterfront, waar we een biertje bestellen. Het is nog behoorlijk warm zo rond zes uur. Na het drankje lopen we terug naar het hotel om weer even af te koelen. Rond 8 uur staan we voor de pizzeria Fiorentina. Aanbevolen voor de beste pizza’s in de stad. Dat blijkt aardig te kloppen. Wat we niet wisten is dat het ook het meest luidruchtige restaurant van Europa is. De obers schreeuwen voortdurend naar elkaar de bestellingen door en de klanten worden zeer luid verwelkomd en uitgezwaaid. De obers rennen en springen letterlijk door de zaak. Je weet niet wat je overkomt. Lijden ze allemaal aan ADHD, zijn ze aan de speed of coke of is het een spel. Op een bepaalde manier is het wel vermakelijk, maar je wordt er wel moe van. Er gaat ook van alles mis met de bestellingen. Als we na een uur weer buiten staan heeft zich inmiddels een rij gevormd van wachtenden.
We nemen een koffie en later een cocktail aan het waterfront.
Weer: warm, 33 graden
Vannacht heeft het onstuimig geregend. Tegen de
ochtend nog valt er nog een flinke bui. Vandaag gaan we op een rondrit door
de
omgeving van zuidwest Sicilië. We rijden richting Noto, een kleine
stad zo'n 65 km ten zuiden van Siracusa. Noto heeft een mooi centrum, dat
wordt gevormd door de verkeersvrije Corso Vittorio Emanuelle. In Noto beklim ik
eerst de toren van de San Carlo kerk. Vanaf de top heb je een mooi
uitzicht op het centrum en met name op de domkerk iets verderop. De trap is zeer smal.
Je moet eerst wachten tot de voorgaande bezoekers er weer uit komen.
Vervolgens brengen we een bezoek aan de 18e eeuwse schitterende barokke domkerk. In 1996 is de
koepel ingestort. Pas
in 2007 is de kerk onder grote belangstelling weer geopend. De fresco’s
zijn nog afgedekt met doeken. Waarschijnlijk worden ze binnenkort onthuld.
Tegenover de dom staat het stadhuis. Net als de andere gebouwen rond het
domplein is het prachtig gerestaureerd en toont zijn oorspronkelijke
glorie. Hier bezoeken we de spiegelzaal, die
nu nog voor trouwerijen wordt gebruikt. Het heeft een 19e eeuws interieur, de
glas in loodramen zijn uit begin 20e eeuw. Daarna lopen we de Corso uit
tot aan de Porta Reale uit 1838 met daarop de drie symbolen van de trouw
van de stad aan de Bourbon dynastie: een hond, een toren en een pelikaan,
die voor trouw, sterkte en opoffering staan. We lopen de Corso weer terug voor een bezoek aan het 19e eeuwse
Teatro Communale. Dit theater heeft een prachtig interieur. Velen willen gefotografeerd worden terwijl ze
in een van de loges staan. Als we op een terrasje gaan zitten voor een
kopje koffie gaat het regenen. Als het op lijkt te houden snellen we naar
de auto. Toch
worden we een beetje nat.
We rijden door naar Ragusa. Daar willen we de San Giorgio kerk zien. Onderweg doorstaan we een aantal buien. Ragusa bestaat uit twee delen. De laaggelegen oude stad, Ragusa Ibla en de nieuwe hooggelegen stad Ragusa, die ontstond naar de verwoestende aardbeving van 1693. Ragusa is een charmante wirwar van schilderachtige straatjes, terwijl he commerciële stadsleven is in de hoge stad afspeelt. We komen rond half twee in Ibla aan. De San Giorgio is dan al gesloten. We gaan dan maar lunchen bij Cucina e Vino. We nemen hier een heerlijke lunch op een terras. Gevulde sardines en als hoofdgerecht. Zeebaars met kreeftjes. We bekijken na de lunch de San Giorgio kerk, de voormalige domkerk dan maar van de buitenkant.
Daarna rijden we door naar Caltagirone. Bijna een uur rijden. Onderweg vallen
er diverse regenbuien op ons dak. In Caltagirone bekijken we de gigantische
trap, La Scala die het Senatorenplein verbindt met de voormalige
kathedraal, de Santa Maria del Monte kerk.
Oorspronkelijk was het begin 17e eeuw aangelegd als
verbindingsweg, maar men zag al snel in dat de weg te stijl was. Vandaar
de treden. Het tegelwerk op elke trede, weer anders, dateert uit 1954. Vandaag te
dag is Caltagirone vooral bekend om het keramiek. Er zijn veel winkels
met keramiek te zien. Ook de San Francisco brug is bezet met
tegelwerk. Voor we weer terugrijden naar Siracusa neem ik nog staande
een espresso (70ct). Het is inmiddels half vijf geworden. Het is nog
een flinke rit en we komen iets voor zes uur aan.
We rusten uit, nemen een douche en gaan weer aan het waterfront een prosecco drinken. Daarna dineren we bij La Foglia. Ook een bijzonder restaurant, maar dan op een heel andere wijze dan de chaos van gisteren. La Foglia is ingericht als een antiekzaak, en wordt bestierd door een artistiek aandoende oudere heer. Hij heet Beppe en is ook beeldhouwer. Het restaurant is als een huiskamer voor hem. De keuken wordt geleid door Nicoletta, zijn vrouw en hun dochter Luciana, die verantwoordelijk is voor de gehaakte tafelkleedjes, antieke borden en glazen, die allemaal verschillend zijn. Het menu is bijzonder: Soepen, ravioli of linguini met 10 verschillende sauzen. Vervolgens Siciliaanse specialiteiten van vis en vlees. Erik neemt Parlermitaanse kalfsfilet en ik Sardienes alla Beccaficu (gepaneerd en gevuld met knoflook, peterselie en pecorinokaas en dan gefrituurd). Tenslotte nog een typisch Siciliaans nagerecht, dat geglazuurd is, maar verder moeilijk te omschrijven. Wel allemaal heerlijk. Af te sluiten met een espresso. We gaan voldaan naar ons hotel terug.
Weer: bij regen daalt het kwik naar 23 graden, maar bij zonneschijn wordt het al snel ruim 29 graden.
Na het ontbijt gaan we even kijken naar de poppenwerkplaats. In Siracusa is een poppentheater, dat deel uitmaakt van
de eeuwenlange traditie van marionettentheater in Sicilië. De werkplaats
maakt poppen, die in het theater worden gebruikt. De werkplaats is nog
niet open, maar door het hek is de minuscule werkplaats te zien, die vol
met gereedschap, onderdelen en onderhanden werk staat. We lopen terug naar
het hotel en pikken de bagage op. We lopen naar de auto en rijden vanuit
Siracusa naar het vliegveld van Catania. Daar komen we rond 11 uur aan. We
leveren de auto in en geven onze bagage af bij de Brussels Airlines balie.
Dat verloopt minder soepel dan in Brussel. Er mengen zich een aantal
ouderen in de rij, die heel veel assistentie nodig hebben en de
medewerkers zijn niet zo snel. Als we aan de beurt zijn worden we wel
redelijk snel geholpen. We gaan door de veiligheidscontrole en nemen
vervolgens een stuk pizza bij de bar. De restauratieve voorzieningen zijn
hier erg mager. Het winkelaanbod is ook niet echt overweldigend.
Het instappen begint redelijk op tijd. Met een bus worden we naar het toestel gereden. Het toestel vertrekt 10 minuten te laat. De vlucht verloopt soepel. Het toestel zit vol. In Brussel moeten we weer een lange wandeling maken van de aankomstpier naar de bagageband. Daar moeten we nog enige tijd wachten. Dan gaan we weer vier etages naar beneden naar het treinstation. De trein staat klaar en brengt ons naar Brussel Centraal. Daar moeten we een half uur wachten op de trein naar Nederland. De trein zit bomvol en we kunnen niet zitten. In Mechelen (na 10 minuten) gaan er veel mensen uit en komen er zitplaatsen vrij. Aangekomen in Rotterdam om 20:06 uur nemen we een taxi naar huis.
Weer: zonnig 27 graden; in Brussel 26 graden, in Rotterdam 21 graden
![]() |
Andere reisverhalen | |
terug |