|
|
februari 2020 |
We nemen de metro naar het Centraal Station en kunnen nog net met de IC Direct van 8:11 naar Schiphol. Daar aangekomen moeten we in een lange rij aansluiten voor het afgeven van de bagage. Vervolgens gaat de veiligheidscheck wel vrij vlot. We drinken koffie bij Starbucks en gaan dan naar gate E24 voor onze KLM vlucht naar Paramaribo.
De vlucht verloopt goed. Wel een paar keer turbulentie en we komen met
een kleine vertraging van 20 minuten aan op J.A.
Pengel International Airport, ofwel Zanderij. De immigratiedienst
werkt erg langzaam. Er zijn maar drie loketten open, waarvan één voor
Surinamers en Caricom-burgers, één voor VIPs en 60+ en een derde voor de
rest. We staan 45 minuten in de rij en we hadden nog het geluk ver
vooraan te staan. De koffers zijn er al als we door de immigratie zijn
en we kunnen naar buiten. Onze gereserveerde taxi van De
Paarl taxi staat klaar. De rit naar Paramaribo duurt 40
minuten en we komen om 18.30 in ons hotel Palacio
aan. Het hotel is eenvoudig, maar wel netjes en schoon. Het personeel is
zeer vriendelijk.
We hebben nog wel trek, maar niet veel energie om een restaurant te
zoeken. Daarom gaan we naar de Burger King een paar deuren van het hotel
verwijderd.
Daarna gaan we bijtijds naar bed.
We ontbijten om 8 uur. Het ontbijt is goed. Geen bijzondere dingen,
maar alles wat er moet zijn is er en smaakt naar behoren. Na het ontbijt
gaan we de stad verkennen. We lopen langs de Heerenstraat
en
de Henck Arronstraat naar het Onafhankelijkheidsplein. Daar staan een
aantal koloniale gebouwen, zoals het gerechtsgebouw en het ministerie
van Financiën. Dat laatste met zijn griekse zuilen was ooit het
stadhuis. Voor het gebouw staat een standbeeld van Jopie Pengel, een
politiek leider en minister-president van Suriname in de jaren zestig
van de vorige eeuw, toen Suriname nog een autonoom deel van het
koninkrijk was. Schuin tegenover die gebouwen staat het presidentieel
paleis, ooit gebouwd als de residentie van de Nederlandse gouverneur,
maar sinds 1975 het paleis van de president, op dit moment de beruchte
Bouterse.
We lopen verder naar Fort Zeelandia. Dit fort stamt uit de 16e
eeuw, toen het door de eerste Engelse gouverneur Willoughby ter controle
van de toegang van de Suriname rivier werd gebouwd. De Nederlanders
bombardeerden de vesting en namen hem over. Vervolgens doopten zij het
fort om tot Zeelandia, vernoemd naar hun hoofdschip en herko
mstprovincie.
De Nederlanders werden vervolgens weer verdreven, maar na de Tweede
Engelse oorlog en de vrede van Breda in 1667 ruilden Engeland en de
Republiek Nieuw Amsterdam (New York) en Suriname uit. Indertijd een
goede deal, aangezien Suriname een vruchtbare kolonie was.
We lopen verder naar de Palmentuin, achter het presidentieel paleis.
Dit was de moestuin van het gouvernement en veel van de palmen stammen
uit de 17e eeuw. Zij werden vanuit Cuba geïmporteerd. Nu is het een
publiek park. We lopen de Henck Arronstraat in langs het bisschoppelijk
paleis (en een RK lagere school) en komen bij de Basiliek van
Paulus en Petrus, het grootste houten gebouw op het westelijk
halfrond. Een prachtig houten gebouw uit 1887, licht geel geschilderd
aan de buitenkant. Het interieur is onbeschilderd en laat de houtnerven
mooi zien. Alle beelden zijn ook houtsnijwerk, net als de kruisweg langs
de buitenwanden. Het pijporgel is helaas onttakeld. Er loopt een
collecte voor
de restauratie.
Vervolgens lopen we naar het voormalige ’s Lands Hospitaal. Een
ziekenhuis complex dat teruggaat tot een 17e eeuws militair ziekenhuis,
dat in 1821 werd opengesteld voor het pubiek. Nu is hier het ministerie
van Volksgezondheid gevestigd. We lopen door naar de synagoge
Neve Shalom. In 1723 is dit gebedshuis gereed voor de
Ashkenazisch Joden uit midden Europa. Inmiddels komen hier ook de
Sefardische Joden met oorsprong uit Portugal samen, omdat hun
gemeenschap te klein is voor een eigen synagoge. Pal ernaast staat de Moskee
Keizerstraat van de Lahore Ahmedya beweging in Suriname. Beide
gebouwen zijn niet te bezoeken. We lopen verder het centrum in door de
Domineestraat, een drukke winkelstraat met Hotel Krasnapolsky en de
voormalige winkel van Kersten (afstammeling van de van oorsprong
Moravische Lutheranen, ook wel Hernhuters genoemd) en lopen daarna naar
de Centrale Markthal. Daar is het een drukte van belang. Groente, fruit,
vis en vlees zijn de belangrijkste waar. Vers voor u g
eslacht.
Pluimvee wordt ook levend te koop aangeboden.
Vervolgens zijn we moe naar een broodjeszaak aan de Heerenstraat gelopen, tegenover het Samsonhuis. Hier woonde van 1850 tot 1871 een vrije zwarte vrouw Elisabeth Samson, die een succesvol zakenvrouw werd in de 18e eeuw en het zelfs na een lange rechtsgang in Nederland afdwong dat ze met een blanke man kon trouwen.
Later op de dag willen we het Suriname museum bekijken in Fort Zeelandia, maar dat gaat om 14 uur dicht (en is zaterdag ook gesloten!)
’s Avonds drinken we een cocktail bij P&G Lounge. Vervolgens dineren we in Bar Bodega De Waag, in het oude Waaggebouw aan de Waterkant.
Weer: tropisch warm. Wisselend bewolkt 31 graden
ontbijten we weer om 8 uur. Na het ontbijt lopen we naar Fietsen
in Suriname om een fiets te huren. Met de huurfiets rijden we naar
de veerboot bij Plattebrug en steken we met fiets over naar Meerzorg.
Fietsers huren een eigen boot, voetgangers moeten wachten tot een boot vol
is. Aan de overkant fietsen we naar het Peperpot
Nature Park. Daar wandelen we het wandelpad door de jungle af.
Peperpot is een voormalige plantage - een van de oudste van Suriname - die
is verlaten. De natuur nam het land over en nu zijn hier veel vogel en
apensoorten te vinden. Sinds 2009 wordt het als reservaat beheerd door een
stichting. De vogels laten het een beetje afweten, maar we zien wel een
aantal doodskopaapjes. Na de wandeling fietsen we weer richting veerpont.
We eten onderweg bij een Chinees eethuisje. Zoals er zoveel zijn aan deze
kant van de rivier. Het is wel een grimmige setting. Het personeel en de
keuken is achter tralies en de eetzaal is nogal kaal. De maaltijden zijn
overv
loedig
en prima.
de kortste keren zien we een Groene Zeesschildpad of Soepschildpad aan
land komen. We moeten wel ruim een half uur wachten voordat de schildpad
zich heeft ingegraven en gaat leggen. De gids licht ons met een rode lamp
bij. De schildpad neemt rood licht niet waar en zo verstoren we haar niet.
De eieren blijven twee maanden onder het zand liggen en dan moeten de
jongen zelf maar zien hoe ze in de zee geraken. Slechts 1% wordt
volwassen. Dan kunnen ze tot wel 130 jaar oud worden. Een bijzondere
ervaring. Na een kwartier is de schildpad klaar en kunnen we naar huis. We
zijn rond tien uur in het hotel.
die herinnert aan de decembermoorden van 1982. In die maand liet
bevelhebber Bouterse 15 tegenstanders vermoorden in het Fort, dat als zijn
hoofdkwartier diende. |
Andere Reisverslagen | |
| terug | verder |