Dinsdag 4 september 2001
We staan om half zes op. Het regent
pijpenstelen in Rotterdam. We nemen daarom een taxi naar het
Centraal Station, waar we de trein naar Schiphol nemen. Onze
vlucht vertrekt om 10.10 uur
en
verloopt voorspoedig. Ook op Arlanda, de luchthaven
van Stockholm, waar we om 12.15 uur landen, gaat alles vlot.
We nemen de Arlanda
Express
trein, die ons in 20 minuten naar Stockholm Centralen
brengt. Vandaar nemen we de metro naar Pensionat
Oden op het eiland Södermalm. We hebben hier een
kamer gereserveerd. Naar blijkt, één zonder eigen douche en
toilet. De kamers met waren al lang "uitverkocht" wegens een
groot cardiologencongres dat deze week in Stockholm
plaatsvindt. De kamerprijs van ruim € 100 liegt er
daarentegen niet om: Stockholm is wat hotels betreft nogal
duur. We lunchen in een restaurant vlakbij het pension. Dat
is niet duur. Voor SEK 55,00 (€ 5,75) heb je een warm
gerecht, drankje en koffie. Dat is in ieder geval niet
veranderd sinds ik hier het laatst was. In 1985 en 1986 ben
ik 2 maal 3 maanden in Uppsala respectievelijk Stockholm
geweest. In 1995 ben ik nog eens teruggeweest Voor mij
wordt deze reis vooral een weerzien met een stad die ik
destijds goed heb leren waarderen. Voor Erik is het allemaal
nieuw.
We hebben een Stockholm
card gekocht (SEK 540 of € 56,50 voor 3 etmalen).
Hiermee kunnen we 72 uur onbeperkt met het openbaar
vervoer in Stockholm reizen en hebben we gratis
toegang
tot een groot aantal musea en attracties. We nemen de metro
(tunnelbana) naar het Centraal Station terug.
Vandaar lopen we naar het Stadshuset
(Stadhuis) op het eiland Kungsholmen. Het stadhuis
is tussen 1911 en 1923 gebouwd in de stijl van de nationale
romantische stijl van
begin vorige eeuw. Het werk van architect Ragnar Östberg
inspireerde een decennium later ook de Rotterdamse
stadsarchitect Van der Steur voor zijn ontwerp van het
museum Boijmans Van Beuningen. Het stadhuis is te bezoeken
met een gids, maar daar zijn we te laat voor. We beklimmen
wel de 106 meter hoge toren. De lift brengt ons op 2/3, waar
een beelden tentoonstelling staat. De beelden die in de
stadhuistuin staan, en Zweedse culturele beroemdheden
voorstellen, worden hier nader verklaard. Dan gaat de weg
verder omhoog via een langzaam oplopende helling die rondjes
draait in de toren. Eenmaal bovengekomen genieten we van het
prachtige uitzicht over de stad. Het stadhuis is uitgegroeid
tot hèt symbool voor de stad. Met name de drie gouden kronen
op de torenspits zijn heel typisch.
We lopen naar het koninklijk paleis van
Stockholm, maar dat is al gesloten. Het is inmiddels een
beetje gaan motregenen. Dan wandelen we naar Stortorget (=
Grote Markt) in op het eiland Gamla Stan (= oude stad). In
een prachtig oud pand zit de gay conditorei Chokladkoppen,
waar we capuccino en heerlijke taart verorberen. We
keren terug naar ons hotel, waar even uitrusten. De avond
brengen we door bij Martin en Katarina, Zweedse vrienden van
ons, die hier in Stockholm wonen.
Woensdag 5 september 2001
We gaan met de bus de stad in en
beginnen aan een wandeling langs de bezienswaardigheden in
de oude stad. We beginnen op het Gustav Adolfplein, genoemd
naar de heldhaftige koning, die de Denen versloeg in de 17e
eeuw en Zweden bij de Dertigjarige oorlog betrok. Hij staat
fier op zijn paard midden op het plein. Daarnaast staat de opera.
Het gebouw uit 1887 sluit architectonisch aan bij het
Koninklijk paleis dat er tegenover staat. In de opera zit
een zeer chique restaurant. We steken de Norrströmmen over
en lopen langs het Rijksdagge bouw.
Bij het koninklijk paleis (dat bewaren voor later) slaan we
rechtsaf en lopen langs het kantoor van de ministerpresident
en het
Ridderhuis. In het Riddarhuis kwam in vroegertijden de
adelkamer van het parlement bijeen. Zweden bezat ooit een
soort vierstandenparlement, waarin de vier standen (adel,
geestelijkheid, burgers en boeren) hun eigen
afvaardiging hadden. Nog steeds houdt de Zweedse adel
elke drie jaar hier een bijeenkomst die de hele lente duurt.
De vergadering bemoeit zich echter niet meer met het
landsbestuur, maar met meer alledaagse zaken die de
adelstand bezighoudt, zoals het onderhoud van een landgoed.
We steken de brug over naar Riddarholmen. Hier staat de
Riddarholmkerk. In deze kerk liggen vele Zweedse koningen
begraven. De kerk dateert uit de 13e eeuw, maar is in de
loop der eeuwen verfraaid. De gedraaide gietijzeren
torenspits is uit de 19e eeuw. De kerk is helaas pas om 12
uur open. We lopen rond op Riddarholmen, waar ook de Birger
Jarltoren staat, het oudste gebouw van Stockholm uit de 13e
eeuw.
We lopen weer naar Gamla Stan. Op
Stortorget, doen we ons weer bij
Chokladkoppen te goed aan koffie met taart. Heerlijk,
maar wel zware kost. We wandelen langs het koninklijk paleis
en bezoeken de Storkyrkan (= Grote Kerk). De kerk is
oorspronkelijk uit de 13e eeuw, maar het huidige gebouw
stamt uit de 18e eeuw. In de kerk staat een enorm beeld van
St Joris en de Draak. Sint Joris (Sankt Göran in het Zweeds)
zien we overigens op veel plaatsen hier in Stockholm. We
lopen verder door de nauwe straatjes van de oude stad. Hier
zijn tal van kleine gespecialiseerde winkeltjes. Velen
verkopen waardevolle zaken zoals Swedish Design, maar er
zijn er ook heel wat, met name in Västerlånggatan, die
geheel op souvenirs zijn gericht.
Om 12 uur is het tijd voor de aflossing
van de wacht. Dat is een hele show. De commandant van het
regiment geeft zelf uitleg over het regiment dat gaat en dat
komt, o ver
het
gebouw en de ceremonie. Er draaft een militaire kapel op die
de wachtaflossing muzikaal begeleidt. Een en ander neemt
bijna een uur in beslag. Wel leuk om te zien. In principe
vervullen de regimenten van het Zweedse leger bij toerbeurt
de erewacht bij het paleis. Het leger bestaat hier nog
grotendeels uit dienstplichtigen, die zo'n periode
hooguit één keer in hun diensttijd meemaken. De ceremonie
wordt dan ook door de ouders en familie van de soldaten
bekeken. Na afloop van de wachtaflossing marcheert de kapel
naar Stortorget om daar een muzikale toegift te geven. Het
wordt Supertrouper van ABBA!! We blijven op
Stortorget om te lunchen. Wederom lekker eten voor weinig
geld. Daarna willen we het koninklijk
paleis bezoeken. Dat gaat helaas maar ten dele. Alleen
het Drie Kronen museum is open. Dat vertelt de
ontstaansgeschiedenis van de opeenvolgende burchten en
paleizen, die op deze plek hebben gestaan. De
representatieruimten zijn gesloten in verband met een
aanstaand staatsbezoek van de Bondspresident van Duitsland.
We gaan verder met onze tocht door de smalle straatjes van
de oude
stad
en bekijken het Utrikespolitiska
Institutet
(Instituur voor Buitenlands beleid), waar ik in 1986
stage heb gelopen en nemen een kijkje in een filiaal van de
Staatsdrankwinkels (Systembolaget).
In
Zweden mag alleen de staat drank verkopen. Dat gebeurt in
speciale winkels met de uitstraling van een apotheek. De
drank staat in magazijn stellingen achter een balie. Je moet
een nummertje trekken om geholpen te worden.
Vanaf Gamla Stan nemen we de ferry naar
het eiland Djurgården. Het is een kort tochtje (nog geen 10
minuten). Djurgården was ooit het jachtterein van de Zweedse
koning. Het is er zeer groen. Hier is ook de diergaarde en
openluchtmuseum gevestigd (Skansen)
en ook het pretpark (Gröna
Lund). Wij gaan op weg naar Waldemarsudde.
Dit is een landtong aan de zuidkant van het eiland, waar
Prins Eugen (1865-1947), een broer van Koning Oscar II, een
villa en studio had. Hier verbleef de prins gedurende de
zomer, schilderde er en ontving gasten. De villa en
het tuinhuis zijn nu museumwoning. Daarnaast is er nog een
apart museum. Het is een prachtig zonnige dag en we genieten
van het mooie weer en het prachtige uitzicht dat je
hiervandaan hebt. We wandelen van Waldemarsudde naar het
Djurgårdsterras. Een gay zomercafé. Prachtig gelegen
in het groen, met uitzicht op het water. Het terras is nog
de hele maand september open. Je kunt de mogelijke kou
(vandaag niet nodig) trotseren met straalkachels en dekens
die klaar liggen op de stoelen.
We nemen de bus en de metro terug naar ons
pension. Naast ons pension is de cocktailbar Tonic 66. Hier
nemen we een lekkere cocktail. 's avonds eten we bij FBK
(Folkoperan Bar och Kök). Een goede brasserie. Na het eten
lopen we naar Side
Track een traditionele pretentieloze gay bar in
een kelder. Ouder publiek.
Donderdag 6 septemer 2001
Na ontbijt drinken we koffie bij Hava
Java, een koffietent in dezelfde straat als ons pension
(Hornsgatan). Vervolgens nemen we de bus naar Gustav
Adolfsplein. We wandelen langs de opera door
Kungsträdgården. Dit is een groot plantsoen of een klein
park. Ooit de tuin van de koning. Hier staan een aantal
paviljoens met terras en een muziektent waar soms optredens
op plaasvinden. In de zomer is het hier druk met struinende
mensen. We lopen door langs het Grand
Hotel, het meest voorname hotel van de
stad.
Als we langslopen zien we juist Kofi Anan, de
secretaris-generaal van de Verenigde Naties in een auto
stappen. Door een politieescorte begeleid, wordt hij
weggereden. Later lezen we in de krant, dat hij in Uppsala
bloemen is gaan leggen op het graf van zijn Zweedse
voorganger Dag Hammarskjöld, die 40 jaar geleden omkwam in
Congo tijdens een VN missie daar. We nemen een kort kijkje
in het hotel, waarna we doorlopen over de kade langs het
Nationaal museum. We gaan de Skeppsholmbrug over. Deze brug
wordt gesierd door twee goudkleurige kronen. Vanaf de brug
hebben we een prachtig uitzicht op de het koninklijk paleis
en op Strandvägen, een van de meest prestigieuze boulevards
van de stad. We lopen het eiland Skeppsholmen op. Hier ligt
het zeilschip de Af
Chapman, die al tientallen jaren dienstdoet als
jeugdherberg. Altijd vol en je kan niet boeken. We lopen
over het eiland en gaan verder naar eenvolgend eiland:
Kastellholmen. Een vergeten eiland. Heel rustig en mooi
uitzicht. We genieten hier van de zon en het uitzicht over
het water. We nemen de bus terug naar het Centraal Station.
Vanaf de kade bij het stadhuis gaan we met
de boot naar Drottningholm.
Dat is het koninklijk paleis, waar de koninklijke familie
daadwerkelijk woont. De boottocht langs allerlei eilanden
landinwaarts duurt zo'n drie kwartier. Vanaf de boot zien we
het paleis er mooi bijligge n.
Het
middengedeelte en westvleugel van het paleis is te
bezichtigen. De koning woont met zijn gezin in de
oostvleugel. De zalen zijn mooi. Het paleis dateert uit de
18e eeuw en is gebouwd in opdracht van koningin Hedvig
Eleonora. De naam van het paleis betekent Koninginneneiland.
Ook de tuinen, naar Frans barok voorbeeld zijn de moeite
waard. Verderop in de tuinen ligt het zogenaamde Chinese
paleis. Een paviljoen met een op de chinese bouwkunst
geïnspireerde architectuur en een inrichting van uit china
geïmporteerd meubilair en voorwerpen. Naast het paleis staat
het paleistheater. Ooit door in opdracht van de van
oorsprong Pruissische prinses Louise Ulrika gebouwd. De
prinses liet het theater bouwen omdat ze het culturele
klimaat van Berlijn hier in Stockholm node miste. Daarom
liet ze in het paleistheater toneelgezelschappen optreden.
Het theater raakte in verval en was totaal vergeten
totdat het in de 20e eeuw werd herontdekt. Het theater
functioneert nu weer zoals het in de 18e eeuw werkte. Het
wordt geconserveerd, niet gerenoveerd. Regelmatig
vinden hier 's zomers voorstellingen plaats.
We nemen bus en metro terug de stad in. We
gaan naar Östermalmstorg. Aan dat plein staat de Saluhall,
de markthal, waar vooral veel verse vis wordt verkocht en
belangrijker nog gegeten. We eten hier een heerlijke zalm,
vergezeld van een glas Zweeds mineraalwater. We nemen de
metro naar het nieuwe stadscentrum. Daar gaan we even
shoppen bij NK.
Het meest voorname warenhuis van Stockholm Het gebouw
zelf is al een bezienswaardigheid en is te vergelijken met
Lafayette in Parijs of Harrod's in Londen.
We gaan terug naar het pension. Na
een rustpauze gaan we naar de Katarinalift. Bij metrostation
Slussen overbrugt deze lift het hoogte verschil tussen de
kade en het hogergelegen Katarina-district op het eiland
Södermalm. Boven heb je een mooi uitzicht op de oude stad.
Onder het uitzichtsplatform is een restaurant Gondolen,
waar we aan de bar van een lekkere cocktail genieten. Even
niet letten op de prijs. Daarna gaan we naar een restaurant
op Södermalm, dat ons is aangeraden voor zijn Zweedse
kookkunst. Het restaurant blijkt een nieuwe eigenaar te
hebben en de keuken is nu duidelijk Frans. De eigenaars zijn
twee Franse broers. Het eten is overigens heerlijk. Na het
diner nemen we de bus naar Gamla Stan, waar we nog een
borrel drinken in Torget, een trendy gay bar.
|