|
deel 3 |
Met de metro gaan we naar het station Chengdu
Oost. Het is een gigantische hal met duizenden reizigers die
zoeken naar of wachten op hun vertrekkende trein. We zijn op bijtijds op
het station. Eerst wordt ons kaartje gecontroleerd en met ons paspoort
gematcht. Daarna een bagagecontrole. Dan kunnen we gaan wachten nabij de
perroningang. We hebben nog een uur. 10 minuten
voor vertrek gaan de poortjes naar het perron open en kunnen we naar het
perron. We zitten in de achterste wagon. De reis naar Xi’an verloopt
voorspoedig. Net na 4 uur komen we aan op station Xi'an Noord.
We nemen de metro richting hotel. Vanaf de halte Wulukou is het nog 10
minuten lopen. We verblijven in het
Mercure, dat op een voormalig partij complex (Renmin Square of Plein
van het Volk) staat met nog een aantal hotels uit de Accorfamilie.
Mercure is duidelijk de arme tak van de familie. Het is ieder geval niet
het statige gebouw dat je recht voor je ziet als je het terrein op
loopt. Dat is het Sofitel Legend Peoples Grand Hotel. Het Mercure gebouw
is moeilijk te vinden en de kamers zijn een beetje sleets. Niet wat we
van Mercure gewend zijn in Europa.
’s Middags lopen we nog wat in de buurt rond. De straat staat vooral vol
met statige overheidsgebouwen en banken. We eten ’s avonds in het Azur
restaurant in het Sofitel. Het is een buffet met veel keuze.
Weer: 28 graden zonnig
Na het ontbijt gaan we met de Mobike fiets naar het Centraal Station. Mobike is een leenfietssysteem. Je installeert de mobike app op je mobiele telefoon. Dat kan al in Nederland, want hier is Mobike ook actief (Rotterdam, Delft en Den Haag). We hebben 10 euro op onze account gezet m.b.v. een credit card. Dat is ruim voldoende, want een rit kost in China maar 13 cent. De fiets wordt ontgrendeld door in de Mobike app de camera van de telefoon op de QR-code van de fiets te richten. Heel simpel. Op de bestemming hoeven we de fiets alleen maar op slot te zetten om de rit af te sluiten. Je mag de fietsen niet meer overal neerzetten. Er zijn op het trottoir stallingszones getekend, waar de fietsen moeten staan. Er zijn ook andere fietssystemen actief, zoals Ô-bike en Hello Bike. Aanvankelijk leidden de leenfietsen in China tot grote chaos en bergen van fietswrakken. Nu zijn er nog een paar aanbieders over, die verplicht zijn de fout gestalde fietsen op te halen en te hergroeperen op locaties waar er veel vraag naar is.
Op het Centraal Station vertrekt touristenlijn nr.5 (306) naar het Terracotta leger. Het is een wat oude bus. De kaartjes worden in de bus verkocht en kosten maar ¥7 (€0,90). De rit duurt ongeveer een uur. Dan is het nog een stuk lopen naar de kaartverkoop voor het Terracotta museum. Entree kost ¥120. Het is ontzettend druk.
Het terracottaleger werd in 1978 ontdekt door een boer die een waterput wilde slaan. Opgravingen brachten een gigantisch leger aan het daglicht van wel 8.000 beelden van soldaten, officieren, strijdwagens en paarden. Zij dienden als leger in het hiernamaals voor keizer Qin Shi Huang (259-210 vC), de eerste keizer, die alle Chinese koninkrijken onder zich wist te verenigen in 221 vC. Het was deze keizer die begon met de bouw van de Chinese Muur. Alle beelden hebben een individueel vormgegeven gezicht en paar handen, die aan een standaard figuur zijn vastgemaakt. Aan alles is gedacht: voetsoldaten, cavaleristen, schutters, generaals, paarden, koeien enz. enz. De beelden zijn boven de dijbenen hol en waren oorspronkelijk beschilderd. Deze ontdekking van het Terractta leger ontkracht het tot dan toe gangbare beeld, dat de Qin dynastie een ongeciviliseerde tijd was, waarin alleen bruut geweld telde.
We beginnen met hal 3. Dat is een museumhal, waarin een aantal
bijzondere beelden zijn tentoongesteld, zoals strijdwagens
met paarden van brons. Daarna volgen we onze weg naar de tweede hal.
Hier is in de opgraving eigenlijk niet zoveel te zien. Hier wordt nog
steeds gegraven naar beelden. Je kijkt op een enorme vlakte neer waar
hier en daar opgravingsputten te zien zijn en scherven en stukken. Aan
de zijkant staan vier bijzondere beelden opgesteld in vitrines van een
generaal, een knielende boogschutter, een staande boogschutter en een
cavallerist met paard.. Toch is het ook hier erg druk, maar nog niets
vergeleken met wat ons in hal 1 te wachten staat. Een dringen en duwen
van belang om de beroemde soldaten te zien die in orde en gelid staan
opgesteld. Dit is ook de plek waar de beelden het eerst zijn gevonden in
1978 door een boer, die een waterput wilde slaan. Hal 1 bevat 1.000 van
de 8.000 beelden. We lopen de hele hal rond en bevechten een plekje
voor de beste plaatjes.
Een beetje
bevangen door de drukte gaan we weer naar buiten, het felle daglicht in.
Binnen was het half duister. We lopen door een gigantische kermis van
eetstalletjes terug naar de plek, waar we de bus hebben verlaten. De bus
terug komt na een 5 tal minuten wachten aangereden. Echter na tien
minuten onderweg terug naar Xi'an geeft de bus de geest en moeten we er
uit. We kunnen overstappen op een volgende bus. Die staat er al meteen
en we kunnen verder. Terug in de stad gaan we weer met de mobike naar
het hotel. We lunchen in het hotel, rusten uit en gaan dan de stad in
naar de Beltoren. Deze oorspronkelijk 16e eeuwse toren (herbouwt in de
18e) diende om het begin van de dag aan te geven. Iets verderop staat de
drumtoren, die het einde van de dag markeerde. Achter de drumtoren
begint de moslimwijk. Hier leven zo’n 30.000 afstammelingen van
waarschijnlijk een Arabisch leger dat in dienst was van de keizer. Xi'an
was tijdens de Tang dynastie
(618-907) de hoofdstad van China. Xi'an lag ook aan het einde van de
zijde route en kwam ook op die manier in contact met de Islam uit het
Midden-Oosten. De centrale straat van de Moslimwijk is gevuld met
eetstalletjes en restaurantjes en het is een drukte van belang. Men
verkoopt er allerlei bijzondere eetwaren, veel daarvan gegrild aan een
stokje. Bijzonder zijn ook de pindakoekjes, waarvoor mannen met grote
houten hamers het beslag slaan. Ook de glasnoedels zijn beroemd. Je ziet
allemaal hoe het wordt gemaakt. De vrouwen achter de toonbank zijn meest
getooid met een hoofddoek en de mannen hebben een mutsje op.
Weer: 28 graden en zonnig
We doen rustig aan. Na het ontbijt gaan we koffiedrinken bij Starbucks.
We gaan terug naar het hotel en vervolgens pakken we
een mobike om naar het postkantoor te fietsen en de kaartjes op de post
te doen. Vervolgens fietsen we naar de stadsmuur. We gaan de muur aan de
zuidzijde op. Entree is ¥54 (€7). Bovengekomen huren we fietsen om de
muur rond te fietsen. Dat kost ¥98 (€12,60) voor twee fietsen. We kunnen
er drie uur op fietsen. De stadsmuur is oorspronkelijk uit de 16e eeuw,
maar in de 18e eeuw herbouwd. Het heeft een een rechthoekige vorm, met
daarbinnen de oude stad met een roostervormige stratenplan. De totale
omtrek van de ommuring is 13 km en aan elke stadszijde is een grote
poort. Later zijn er ten behoeve van het autoverkeer meer gaten in de
muur gemaakt. De muur is erg breed en er zijn vele mensen die de muur
rondlopen of fietsen. De plaveisel is niet altijd even soepel, maar het
gaat wel met de dikke banden en de geveerde voorvork op de fiets. Op de
muur zien we veel bruidsparen die trouwfoto’s laten maken. De bruiden
zijn bijna allemaal in het rood met een lange sluier. Na de fietstocht
gaan we van de muur af om wat te gaan eten. We raken gek genoeg in een
buurt geheel zonder eetgelegenheden. Alleen maar oude boeken. We nemen
een fiets en eten iets verderop een groentenschotel voor ¥28 (€3,60)
voor twee personen, inclusief fanta. Daarna fietsen we terug naar het
hotel. Ik ga nog even
zwemmen in het zwembad van het sofitel. Het is er een beetje lawaaiig
als een vader zijn kind probeert leren zwemmen en voortdurend de slagen
dicteert. Het ziet er educatief niet erg goed uit.
’s Middags drinken we een cocktail in de bar van het sofitel en daarna
gaan we op zoek naar een aanbevolen restaurant. Helaas is dat spoorloos
verdwenen, terwijl het al sinds 1898 in bedrijf zou moeten zijn. We gaan
dan maar in een winkelcentrum eten, voor weinig geld en lang niet
slecht. Terug in het hotel pakken we de koffers voor de volgende dag en
drinken we een borrel in de Louis XIII bar van het People’s
Grand hotel, een zusterhotel van het onze. Het gebouw is in 1953
geopend als gastenverblijf van de overheid. Nu behoort het tot een van
de 5 Sofitel Legend hotels in de wereld. Dat is wel een andere wereld.
Het is erg chique en stijlvol en in alle rust genieten wij van ons
drankje.
Weer: 23 graden, bewolkt
We staan om 6.30 op, ontbijten en dan lopen we naar het metrostation Wulukou. Daar nemen we metro 1 en na 1 halte lijn 2 naar het Noordstation Bei ke Zhan (filmpje). Daar zijn we ruim op tijd voor de trein naar Ping Yao. We moeten nog een uur wachten. De treinreis verloopt goed en na ruim twee uur kunnen we uitstappen op station Ping Yao Oude Stad, dat gek genoeg 7km buiten de oude stad ligt. We nemen een taxi, die ons tot de stadsmuur van de oude stad brengt. Het laatste stukje naar het Yide Hotel moeten we lopen. Het is niet ver, maar het is inmiddels behoorlijk warm geworden onder de zon. We worden hartelijk ontvangen en we kunnen nog kiezen uit twee kamers. De dame aan de receptie spreekt uitstekend Engels en is zeer behulpzaam. Het is een traditioneel hotel in de oude stad. De kamers liggen rond een tweetal binnenhoven. De bedden zijn ook traditioneel. Een nogal stugge en dunne matras op een verhoging, maar het ligt comfortabel. We rusten even uit en dan lunchen we in het hotel. Het eten is er uitstekend en ook het personeel in het restaurant van het hotel verstaat voldoende Engels om ons te helpen.
’s Middags lopen we de binnenstad door. We drinken koffie bij een
koffietent SeaRocks koffie, die goed naar Starbucks heeft gekeken voor
de vormgeving en het assortiment. We bezoeken een aantal musea en
bezienswaardigheden. Daarvoor moet je het Pingyao ticket kopen voor 120
RMB en dan kun je overal in. We bezoeken de oudste bank, waar al in 1824
met cheques werd gewerkt. Pingyao was voor 1912 een bancair centrum van
China. Daarna, na de boxeropstand namen Hongkong en Shanghai die plek
over. We bezoeken nog twee musea. De gebouwen zijn een wirwar van hoven
en kamertjes, waarin allerlei museumstukken zijn opgesteld, maar na een
tijdje lijken ze allemaal op elkaar.
’s Avonds eten we weer heerlijk in het hotel en ’s avonds lopen we door
de straten van Pingyao, die dan worden verlicht door rode lantaarns. Het
is er wel druk op straat en de diensten en koopwaar worden luidkeels aan
de man gebracht. We sluiten af met een donker biertje in een hostel.
Daar is het wel lekker rustig, op een speels katje na.
Weer: 28 graden, zon
Na het ontbijt worden we opgehaald door Jonathan, onze gids van Red
Plum Travel, die met ons een fietstocht gaat maken naar een tempel
buiten de stad. We gaan eerst de fietsen ophalen bij een verhuurder.
Hiervoor lopen een tiental minuten door de oude stad. Daarna rijden we
op de fietsen, die gelukkig wat groter zijn dan de gemiddelde Chinese
maat de binnenstad uit om een kijkje te nemen bij de stadsmuur. De muur
is ruim 6 km lang en heeft 6 poorten. Daarna zetten we koers door het
nieuwe deel van Pingyao richting de tempel. De route gaat over een
drukke verkeersweg langs het spoor. Na veertig minuten zijn we bij de
Shuanglin tempel. Jonathan weet ons veel te vertellen over de betekenis
van de verschillende gebouwen. Het complex, dateert grotendeels uit de
Ming en Qin perioden (na 1600) en staat met de ingang naar het Zuiden,
naar de zon. In de gebouwen staan vele Boeddha beelden in allerlei
stadia en posities, ook een paar Taoistische goden staan er, voor de
zekerheid. De belangrijkste tempelgebouwen hebben een geglazuurd
dak met kleurrijke versieringen. De andere zijn er minder goed aan toe
en tonen een kleikleur. Aan het eind van het bezoek gaan we de ommuring
op en is het tijd voor een vlucht met de drone.
De terugrit gaat via een andere route, langs een zeer brede weg, die
langs wijken loopt die nog in aanbouw zijn en langs maisvelden,
boomgaarden en bedrijventerreinen. Erik krijgt een lekke band. Jonathan
belt de verhuurder op en die komt op de de elektrische scooter om ons te
depanneren. Dat gaat heel snel, maar het oponthoud neemt toch een half
uur in beslag. Terug in de oude stad neemt Jonathan ons langs een
bakkerij waar ze maankoekjes bakken volgens traditioneel recept met wel
zes soorten noten. Ze smaken zoet en lekker.
We leveren daarna de fietsen in en gaan terug naar het hotel. Het is
inmiddels
ontzettend warm geworden en de zon staat hoog aan de hemel. We lunchen
in het hotel en rusten wat uit. Rond drie uur gaan we de stadsmuur op,
maar het is zo warm en we zijn nog moe van de ochtendrit, dat we weer
snel naar het hotel gaan.
Als het wat koeler wordt laat ik de drone nog een keer op boven het hotel voor wat mooie plaatjes van de daken van de oude stad. We eten weer in het hotel en na het eten lopen we weer een rondje door de oude stad. Geld opnemen in de oude stad gaat niet, want de bank achter de automaten in de oude stad accepteert geen maestro-kaarten.
In het hotel drinken we nog een drankje voor het slapen gaan
Weer: 29 graden en zon
We staan vroeg op, want onze trein vertrekt al om 8.40. We hebben gisteren al uitgescheckt en onze bestelling voor het ontbijt doorgegeven. Het gaat allemaal zo snel, dat we 20 minuten voorlopen op het schema. We kunnen al om 7.20 vertrekken met een door het hotel geregelde auto. Het meisje van de receptie komt ons nagerend, omdat we kennelijk het ontbijt dubbel hebben betaald. We krijgen het geld meteen terug.
Op het station krijgen we aanvankelijk de normale veiligheidscheck,
maar dan een half uur voor vertrek moeten alle reizigers voor Beijing
nog eens door de molen. En nu grondiger. Mijn Zwitserse officiersmes
moet er aan geloven. Die wordt uit de koffer gehaald en in beslag
genomen. Daarna moeten we in een apart gedeelte van de vertrekhal
wachten op een teken dat we door het perronpoortje kunnen. Op het perron
worden we keurig opgelijnd op het punt waar onze wagon wordt verwacht.
Vervolgens de trein in en dan 4 uur zitten tot we in Beijing
West zijn. We komen er om 12.55 aan.
In Beijing nemen we de metro naar Dongsi
(1x overstappen) en dan lopen naar het Cote Cour hotel, dat in een
zogenoemde Hutong, een oude volksbuurt ligt. Deze Hutongs zijn gevestigd
in voormalige familiepaleizen van de aristocratie, maar na de val van
het keizerrijk opgedeeld in kleine huisjes. Veel van dit soort wijken
zijn in de afgelopen decennia gesloopt en vervangen door grote
wolkenkrabbers, maar deze (nog) niet. Als je de wijk inloopt verwacht je
niet meteen een hotel te vinden. Smalle straatjes, kleine huisjes,
mensen die op straat Mahjong zitten te spelen… We komen er toch, althans
we lopen er aan voorbij, maar we worden door een politieagent voor de
deur afgeleverd. Het is in Beijing erg warm en het valt op dat Chinese
mannen als het warm is hun buik ontbloten om af te koelen.
’s Avonds gaan we eten bij Dadong Roast. Dat blijkt een erg
chique tent te zijn in een superchique winkelcentrum. Hier bestellen we
Peking Eend. De eend wordt eerst door een kok aan tafel gepresenteerd en
vervolgens aan kleine stukjes gesneden. Het vlees is heerlijk mals en
knapperig tegelijk. Dadong behoort tot de 10 beste restaurants in de
stad voor Peking-eend en heeft zelfs een artikel in de wikipedia.
Weer: in Beijing 33 graden en zon
We staan vroeg op, want vandaag wordt het een warme dag. We zitten om
7 uur aan het ontbijt en om half acht gaan we op weg
naar het Tian’anmen plein. We kopen eerst een Yikatong kaart. Dit is een
OV-chipkaart waar we een bedrag op zetten, waarvan we kunnen reizen. Dat
is makkelijker dan voor elke rit een kaartje kopen. De kaart kost ¥20
(borg) en we zetten er ¥100 op. De borg en het resttegoed kun je bij
vertrek terugkrijgen. Met de metro zijn we in 20 minuten op Tian'anmen
Oost. Om het plein op te kunnen moeten we door een veiligheidscontrole
en ons paspoort laten zien. Via een voetgangerstunnel komen we op het
gigantisch grote plein. Het plein meet 440.000m2 en er
kunnen wel een miljoen mensen op samenkomen. Op het plein is het al
aardig druk, ondanks het vroege uur. Groepen toeristen worden opgesteld,
fotografen bieden hun diensten aan en bewakingspersoneel marcheert over
het plein. Aan het plein liggen het Paleis van het Volk (parlement), het
Nationaal Chinees Museum, het Mausoleum van Mao (waar een enorme lange
rij voor staat) en de ingang van de verboden Stad. Precies 20 jaar
geleden speelden hier bizarre taferelen af met een groot studentenprotest,
voor meer vrijheid en democratie, gesteund door de burgerbevolking, dat
uiteindelijk door het leger bloedig werd neergeslagen. Niets herinnert
daar meer aan. We maken wat foto’s op het plein en bewegen dan (via een
tunnel onder de weg door) naar de
Tian Anmenpoort, de toegang naar de Verboden Stad. Daarop prijkt nog
altijd het portret van voorzitter Mao. Links en rechts zijn grote
tribunes voor partijkader bij grote manifestaties. Door de Tian 'anmen
poort komen we op een groot plein. Daar zit in een hoek het
kaartkantoor. Daar moet je betalen en wordt je paspoort geregistreerd.
Je paspoort is dan je toegangsbewijs. Weer door een poort en nog een en
dan komen we door de Wumen (Meridiane poort), de grootste van de
poorten, die ooit alleen door de keizer gebruikt mocht worden. De
Verboden Stad is een groot complex van 800 paleizen en gebouwen dat tot
1912 het exclusieve domein was van de keizerlijke familie en de
hofhouding. Een stad op zich, die voor gewone Chinese verboden terrein
was. Tussen de Wumen aan de Zuidzijde en Noordpoort staan 11 Hallen en
poorten op één lijn. Dit vormt de ruggegraat van het complex. Wij steken
vervolgens via bruggen de Gouden Water Stroom over (Jinshui He)
en komen bij weer een poort, de Taihemen, de poort van opperste
harmonie, die wordt bewaakt door twee grote leeuwen. Erachter
ligt weer een grotere binnenhof, waar ooit de keizerlijk audienties
werden gehouden – zoals in de film De Laatste Keizer van
Bertolucci (1987).
Verheven op de drie etages hoge verhoging zien we de Taihe Dian
(de hal van de opperste harmonie) staan. De grootste van drie
voornaamste ceremoniële hallen. Deze werd gebruikt voor kroningen en
verjaardagen of het benoemen van generaals voor belangrijke veldtochten.
Hierachter staat de Zhonghe Dian (hal van centrale
harmonie) met daarin weer een troon, waar de keizer buitenlands bezoek ontving.
Daarachter dan weer de Baohe Dian (de hal voor het
bewaren van de harmonie), gebruikt voor staatsbanketten en keizerlijke
examens.
Hierna komen we bij de keizerlijke woonvertrekken. De drukte en de hitte
beginnen ons nu parten te spelen. Het is inmiddels 34 graden en de
drukte is immens. We voeren het tempo een beetje op en maken voort naar
de keizerlijke tuinen. In het midden staat de Qin’an Dian (hal
van keizerlijke rust). Hier kwam de keizer de Taoistische godin van het
water aanbidden, om het paleis voor brand te behoeden. Na de tuinen
staan we aan de Noordzijde weer op straat. We steken via een tunnel de
straat over en gaan het Jingshan Park in. Hier is een
kunstmatige heuvel, goed die een uitzicht biedt over de Verboden Stad
en ook de gehele binnenstad van Beijing, omdat er geen andere
verhogingen zijn en ook geen hoogbouw. De klim naar boven is kort, maar
stijl. Daar wordt ik beloond met een prachtig uitzicht. In de verte zie
ik het hoofdkwartier van de CCTV (van Rotterdammer Rem Koolhaas) en
dichterbij de contouren van het Nationaal
Centrum voor podiumkunsten.
Nadat ik weer beneden ben gekomen nemen we een taxi naar dat centrum.
Het werd in 2007 voltooid naar een ontwerp van de Fransman Paul Andreu
en heel toepasselijk ook het “ei” genoemd. Het ei ligt op zijn kant in
het water en het is even zoeken naar de ingang. Die blijkt aan de
Noordkant te liggen verzonken onder de rand van de waterpartij. We gaan
naar binnen. Na de veiligheidscheck lopen we onder het water door het
gebouw in. Er zijn drie grote zalen: een opera, een concertzaal en een
toneelzaal voor toneel en ballet. In juni treedt hier het Rotterdams
Philharmonisch orkest op met zijn chef-dirigent Lahav Shani. We
zien alle drie de zalen en drinken koffie in de prachtige foyer. Daarna
gaan we met de metro terug naar het hotel.
Rond 17 uur gaan we naar het CCTV
gebouw van Koolhaas
om dat wat van dichterbij te bekijken. We staan er
eigenlijk te dicht op, maar het is indrukwekkend. Iets verder op is het
Chaoyang
theater waar we een acrobatische show gaan zien. Kaartjes heb ik maanden
geleden via internet besteld via een onofficiële website (die zich wel
officieel noemt, maar dat blijken er veel te zijn). Het geld werd van de
credit card afgeschreven en ik kreeg via email een 5-cijferige code
door. Dat was alles. Die moest ik bij de kassa laten zien. Ik had er
weinig fiducie in, maar wonder boven wonder krijg ik zonder problemen de
kaartjes voor de VIP rijen.
De show is spectaculair, met acrobaten, jongleurs en spectaculairst van
alles met 9 motorrijders in een bolvormige kooi. Na anderhalf uur zijn
we helemaal verbluft door de show, de muziek en de video-effecten.
In het hotel nemen we nog een drankje.
Weer: 37 graden en zon