Patagonia |
deel 4 |
|
Woensdag 1 maart 2006 We
nemen de weg die ons van Puerto Natales naar Torres del Paine Nationaal Park gaat voeren. Al na een
tiental km is het asfalt op en moeten we verder over een kiezel weg met vele
kuilen en hobbels. Er wordt druk aan de weg gewerkt en op tal van plaatsen wordt
het weinige verkeer geregeld door wegwerkers die met vlaggen zwaaien. De ingang van
het nationaal park is zo'n
160 km vanaf Puerto Natales en we worden aardig door elkaar geschud. Onderweg
komen we slechts één dorpje tegen, Cerro Castillo, waar we een koffiestop doen. De
uitzichten op het gebergte worden wel steeds mooier, zeker als ook het Lago
Sarmiento in beeld komt, een prachtig blauw meer met de bergen op de
achtergrond. Na 2,5 uur komen we bij de ingang van het park, waar we
ons in moeten schrijven en de entrée moeten betalen, CL$10.000 pp (€16). Het is dan nog
zeker een half uur rijden naar Hosteria
las Torres. We moeten over een heel
smalle brug en dan nog door tientallen bochten, alvorens het hotel opdoemt. Ons
doorzettingsvermogen wordt beloond, want het is hier prachtig. Een mooi uitzicht
op met sneeuw en ijs bedekte bergen en een Parador-achtige accomodatie (zie onze
reizen door Spanje als je wilt weten
wat dat is). De open
haard brand in de lounge en er is ook een sauna en massagesalon. We
lunchen om half een. Heerlijk bereid eten. Hierna volgt een korte rustpauze om de
trillingen van de rit uit ons systeem te krijgen. Het
diner is in de vorm van een buffet en smaakt prima. We nemen geen wijn met het
oog op de tocht van morgen. Bijtijds naar bed. Weer:
mooi zomerweer. Zonnig, temp. 19 graden. Wel veel wind Donderdag 2 maart 2006 Na
het ontbijt buffet pakken we onze spulen in. Omdat we "vrij laat"
(september, 6 maanden van tevoren!) hebben geboekt konden we niet meer dan één nacht hier
reserveren. We zullen vanavond dus naar het volgende hotel moeten rijden. We gaan op pad richting de
Mirador del Paine, waar ons een prachtig uitzicht op de Torres (torens) van het Paine
massief staat te wachten. We gaan hetzelfde pad als gisteren dat al snel naar
boven gaat klimmen. Dat gaat een uur zo door.
Dan bereiken we het voorlopig hoogste punt en komen in het Ascencio dal, tussen
de Monte Almirante Nieto en de Cerro Paine. Hierna dalen we
langzaam af naar de trekkershut Chileno, die beneden aan de Ascencio rivier ligt.
Hier besluit Erik niet verder te gaan. We eten wat van ons lunchpakket en ik ga
verder. Ik neem de wandelstokken van Erik over. Een uur lang gaat het nu op en
neer door een bos langs de rivier. Een paar keer moet er een beek of riviertje
worden overgestoken. Meestal via een zeer smal bruggetje, maar één keer door
de rivier stappend via stenen. Je kunt je enigzins aan een boomstam vasthouden. Het water
stroomt snel en ook over de schoenen heen. Dan kom ik bij de Campamento del Torres.
Hier pak ik weer te eten wat uit mijn "ransel" en bereid me voor op de laatste 45 minuten
omhoog. Eerst gaat het nog wel via een pad met grote stenen zigzaggend over een
stroompje. Boven de boomgrens houdt het pad op en wordt het klauteren over de
grote keien, de hier en daar aangebrachte verfstippen volgend. Het is ontzettend vermoeiend
en stijl (bijna 45°). Ik vraag me af hoe ik ooit nog weer beneden kom. Na 45 minuten worden de
inspanningen beloond met een adembenemend uitzicht op de Torres del Paine, de
torens van het Paine Massief: links
de Torre Norte, in het midden de Torre Central en rechts de Torre del Sur. Ik
ga, samen met een groeiend clubje andere wandelaars, op een rand zitten,
even uit de harde wind, eet wat en geniet van het uitzicht. Het weer werkt
vandaag ontzettend mee. De Torres zijn niet gehuld in wolken, de zon schijnt en
uit de wind is het lekker warm. Na een half
uur aanvaard ik de terugtocht en ga voorzichtig over de keien - soms om handen
en voeten - naar beneden. Bij de camping weer een korte drinkpauze en dan een
uur door het bos naar de Chileno hut. Daar zit Erik al vijf uur te wachten in
het zonnetje en heeft een enorme diepbruine teint opgebouwd. Ik rust even uit,
want ik ben behoorlijk moe. Dan volgt het laatste stuk: eerst weer naar boven
het dal uit en daarna weer naar beneden naar het hotel. Bovengekomen worden we
verrast door een snoeiharde wind, die ons bijna het pad afblaast dat langs een
afgrond loopt. Vervolgens is de afdaling naar het hotel wel lang maar niet erg
lastig. Dan moeten we met de auto
naar de volgende accommodatie. We rijden een uur naar Lago Pehoé, waar het Hosteria
met de zelfde naam op een klein eilandje in het meer ligt. Prachtige locatie. De
kruier helpt ons met de koffers over de loopbrug. De kamer valt enorm tegen.
Klein, de deuren klemmen, de verf bladdert en de douche produceert een
piesstraaltje. We halen een monteur erbij die het probleem met een nieuwe
douchekop denkt te verhelpen. Het lijkt wel iets beter. Je wordt tenminste
nat. We nemen een drankje in de bar. Daar hebben we een prachtig uitzicht over
het meer en de Cuernos del Paine. Het eten later op de avond is ook niet
fabuleus. Het hoofdgerecht ging wel, maar voorgerecht en toetje waren dubieus. Uitgeput
van de inspannende dag liggen we om halftien in bed. Vrijdag 3 maart 2006 Na de lunch rijden we
naar Lago Grey. De weg erheen is ontzettend slecht. We worden voortdurend door
elkaar geschud door de kuilen en de "wasbordjes" in de weg. We doen een uur over
24 km. We proberen bij Hosteria Grey kaartjes te krijgen voor de boottour
nar de Grey-gletsjer, maar dat lukt niet, de tocht vanmiddag is uitverkocht.
Vanavond kan nog wel, maar dan moeten we in het donker terug naar ons hotel en
morgenochtend om 8 uur kan ook, maar dat vinden we wel wat vroeg. We maken dan
maar we een wandeling langs het
meer naar de zandbank die het meer in twee deelt. We komen bij de parkeerplaats
aan de Rio Ping en gaan daar de hangbrug over de snel stromende rivier over, waar bovendien
een keiharde wind dwars op staat. De hangbrug zwiept heen en weer. We lopen door
een klein bos en dan de zandplaat op. Van hier hebben we een aardig uitzicht op
de gletsjer Grey en de ijsbergen die op het meer drijven. We lopen terug naar de
Hosteria en drinken wat in de bar, die een schitterend uitzicht heeft op het
meer. Met uitzichten weten ze wel raad hier. Bij elke Hosteria hebben ze een bar
met zitjes gericht op grote panoramavensters op het mooie uitzicht. Net of je naar een
levend schilderij zit te kijken. We
rijden weer terug naar onze eigen Hosteria. Daar drinken we een biertje (Austral)
en een Pisco Sour. Juan doet weer zijn best om het ons naar de zin te maken. We
wandelen nog wat rond langs de andere hotels hier in de buurt. De paarden, die
voor trektochten te huur zijn, lopen
hier los rond. 's avonds eten we in de Hosteria. Nu drie keuzes: zalm, kalkoen en rund. We
nemen er een goede Chileense Carmenere wijn bij. Weer:
zonnig, wel veel wind. 17 gr. Zaterdag 4 maart 2006 's
nachts is de wind gaan liggen, maar is het
keihard en gestaag gaan regenen. Dat doet het nog steeds als we op staan.
We ontbijten, checken uit en gaan op weg. De wegen zijn gek genoeg beter
begaanbaar. De klei is zachter en we hobbelen minder. Wel is het hier en daar
een stuk gladder. We rijden het park uit en nemen de weg naar Puerto Natales. Die
weg wordt
flink onderhanden genomen. Er zijn veel werkzaamheden. In Castelo Ciero drinken
we koffie. Verderop vraagt bij een wegopbreking een wegwerker of hij mee mag rijden
tot zijn hotel. We nemen hem mee. Hij vertelt ons dat de werkzaamheden nog een
jaar gaan duren. In Puerto Natales regent het een beetje. We nemen weer onze intrek
in Concepto Indigo. We
lunchen in het hotel. Dan de stad in om wat boodschappen te doen en de auto in te leveren. Dat ging niet helemaal
vlekkeloos,
want het Avis filiaal hier wist niets van onze komst, hoewel dat wel was
afgesproken. Toch heel soepel opgelost. In
de supermarkt kopen we, naast wat eten voor onderweg morgen, een fles Pisco. Een witte brandy van Muscatel druiven, dat met
citroen, geklopt eiwit en angusturabitter het hoofdingrediënt vormt van de
nationale cocktail: Pisco Sour (In Peru vinden ze het ook heel lekker). In de
namiddag doen we ons weer eens te goed aan een Completo (hotdog met van
alles erop) en een Austral biertje. We eten
's avonds bij Tio Pepe, een traditioneel chileens restaurant. Wij zijn de enige
klanten, maar dat ligt zeker aan het seizoen. Veel restaurants hebben helemaal
geen klandizie. We nemen nog een laatste Chileense Pisco Sour bij lounge bar El Living voor we terug
gaan naar het hotel. Weer:
regen en zwaar bewolkt. 10 graden.
|