Portugal

deel 4

Donderdag 31 mei 2001

We rijden van Leiria naar Marvão. De route gaat dwars door Portugal naar het oosten. Marvão ligt in de provincie Alentejo nabij de Spaanse grens. Het is een bergdorpje met witte huizen, een stadsmuur en een kasteelruïne. In Marvão verblijven we in de pousada. De Pousada is in een aantal aan elkaar geschakelde witte huisjes gevestigd. Het uitzicht vanuit, zowel het Juderia in Castelo de Viderestaurant, het terras en de kamer is wederom schitterend en reikt tot in Spanje. Na de lunch gaan we naar het naburige Castelo de Vide. Voor we daar heen kunnen, moeten eerst nog twee Amerikaanse dames te hulp schieten, die met hun auto in de smalle straatjes volkomen vast zijn komen zitten in een haarspeldbocht. In Castelo de Vide is het nog bloedheet (± 36°C). Gelukkig bieden de smalle straatjes enige beschutting tegen de zon. We wandelen wat door de Judería, de voormalige Joodse wijk. Hier is ook de de voormalige synagoge. Joden hadden in Portugal, tegenstelling tot Spanje, na de herovering van  Portugal op de moren een relatief gunstige positie. Ze hadden vrijheid van godsdienst en speelden een belangrijke rol in de economie. Onder toenemende Spaanse druk besloot koning Manuel I in 1496 tot hun uitwijzing. Velen vertrokken naar Nederland. Boven de Juderia torent de kasteelruïne. Op straat zien we vele oudere en nog niet zo oude dames voor hun voordeur zitten kantklossen, kennelijk een traditie hier. Het uitzicht vanaf het kasteel over de omgeving inclusief Marvão is heel mooi.

We rijden terug naar Marvão en drinken een koele witte Port op het terras. Daarna verplaatsen we ons naar  het restaurant waar we heerlijk dineren. Helaas is de airconditioning defect en wordt het een nogal warme nacht.

Vrijdag 1 juni 2001

Na het ontbijt kijken we eerst nog wat rond in Marvão. Net als Castelo de Vide is het een hagelwit dorpje geheel ommuurd en met een kasteelruïne boven op de top van de berg. Het wordt al snel warm. We gaan op weg naar Évora. De route gaat grotendeels over de snelweg. In Évora is het ook warm. We hebben wat moeite om bij het hotel te raken, ondanks dat onze Rough Guide een redelijk gedetailleerde plattegrond heeft. Hoogteverschillen en éénrichtingsverkeer staan er helaas niet op, terwijl er daar nu juist veel van is. Ik ga te voeMarvãot naar het  hotel en krijg daar uitgebreide instructies hoe we naar het hotel kunnen rijden.

In de namiddag bekijken we de Capelo dos Ossos in de Igreja de São Francisco. Dit is een nogal bijzonder en vooral ook morbide bezienswaardigheid. In de 15e en 16e waren er in Evora 42 kloosterbegraafplaatsen, die de nodige ruimte in beslag namen. De Franciscanen hadden een praktische oplossing. Ze bemetselden een kapel met de botten, schedels en bekkens van hun overleden broeders. In de kapel zijn op die manier de skeletten van meer dan 5000 monniken verwerkt. De inscriptie "Nos ossos que aqui estamos pelos vossos esperamos" (Wij botten liggen  hier te wachten op de jouwe), laat weinig aan duidelijkheid te wensen over.

's avonds eten we in een pizzeria en vervolgens een drinken we wat op een terrasje  op de Praça do Giraldo.

Zaterdag 2 juni 2001

WCapelo dos Ossos, Évorae staan vandaag vroeg op om de hitte voor te zijn bij de sightseeing. Dat lukt aardig. Om 8 uur staan we buiten en is de temperatuur echt aangenaam. We wandelen naar de Romeinse tempel (2e eeuw), die volgens de volkswijsheid aan Diana gewijd moet zijn geweest. Apollo is waarschijnlijker. Het moet een van de best bewaarde tempels in Portugal zijn. Dicht in de buurt staat de kathedraal. Een strak romaans bouwwerk met een aantal gotische toevoegingen. De binnenkant is volledig gotisch en dateert uit de 18e eeuw. We nemen ook een kijkje in het hoogkoor en een klein museum dat bij de kerk hoort. Rond half elf zijn we dan bij de universiteit. Deze heeft een prachtige binnenplaats met een gallerij eromheen. In de 18e eeuw werd de universiteit gesloten door de Markies de Pombal, die toen minister-president was, en een grote  hekel aan de Jezuïeten had, die de universiteit indertijd leidden. In de jaren 70 van de 20e eeuw is de universiteit weer geopend.

ÉvoraHet wordt rond 11 uur weer behoorlijk heet. We besluiten rond 12 uur de auto weer te pakken en een rondje door de omgeving van Évora te maken. We rijden eerst naar Montemar, een klein stadje met een kasteel. Vandaar rijden we naar Araiolos. Hier is een pousada (Nossa Senhora da Assunção), gevestigd in een voormalig klooster. De kapel van het klooster fungeert nog steeds en wordt gebruikt voor trouwerijen. Handig, want na de huwelijksvoltrekking kunnen bruidspaar en gasten meteen aan talfel schuiven voor het bruiloftsmaal. Aangezien het vandaag zaterdag is (populaire dag om te trouwen in Portugal)  kunnen we dit met eigen ogen aanschouwen. De pousada is volledig gerestaureerd, maar modern gestoffeerd en gemeubileerd op een manier die zeer goed harmonieert. We lunchen hier. Na de lunch stoppen we nog even in het dorp, dat bekend staat om zijn tapijtindustrie. Het dorp is totaal uitgestorven, maar er is een soort tapijtenbeurs aan de gang. De tapijtmotieven zijn nogal traditioneel en saai. We rijden terug naar Evora, waar we de rest van de middag in het gemeentelijke zwembad doorbrengen tussen de plaatselijke jeugd.

's avonds eten we (alweer) in een pousada, maar nu in die van Évora (Loios) zelf. Ook deze is in een voormalig klooster gevestigd. Het restaurant ligt rond de kloostergang. Helaas is de bediening wat stug.

 

 

Andere Reisverslagen
terug
verder